Skip to main content Skip to search Skip to header Skip to footer

“Het is wat het is” – of toch niet?

De Christian Science Heraut - 17 maart 2015

Oorspronkelijk gepubliceerd in de 8 december 2014 editie van de Christian Science Sentinel


De uitdrukking “het is wat het is” wordt de laatste jaren in het algemeen spraakgebruik steeds vaker gehoord. Ik heb me afgevraagd wat mensen precies bedoelen als ze dat zeggen. Het schijnt dat ze bedoelen dat wat er gebeurd is, of hetgeen wat op dat moment de situatie is, gewoon is zoals het is, en dat daar niet veel aan te veranderen valt.  Dus waarom zouden we daar dan moeite voor doen?  Zulke gevoelens van wanhoop en fatalisme mogen dan trendy zijn, maar ze kunnen genezen worden.

In plaats van me te ergeren of me terneergeslagen te voelen wanneer ik deze uitdrukking hoor, corrigeer ik die in mijn gedachten en probeer ik de waarheid betreffende de situatie waar het om gaat te zien. Of “het” nu ziekte betreft of een moeilijke relatie of een of andere onharmonische situatie, we kunnen bidden om geestelijk te begrijpen dat “het” niet is! In feite kunnen het kwaad of disharmonie niet werkelijk zijn, omdat God Alles-in-alles is, almachtig en al het goede. Door te zeggen “het is wat het is” accepteren we gewoon een verkeerde suggestie als waar. Ontwaken tot het zien van wat op dit moment al echt waar is – de volmaakte God en de volmaakte mens – geneest.

Als ik reclame hoor voor de nieuwste medicijnen breng ik onmiddellijk de gedachte achter zulke advertenties – het algemene stoffelijk geloof dat wij vatbaar zijn voor alle soorten ziektes – tot staan. Mary Baker Eddy biedt in Wetenschap en Gezondheid met Sleutel tot de Heilige Schrift, hiervoor een helpend inzicht: “Een nieuwe naam voor een ziekte werkt op de mensen als een Parijse naam voor een nieuwe creatie. Iedereen wil het zo gauw mogelijk hebben” (blz. 197). Dus ik vervang de onjuiste gedachte dat ik ziek zou kunnen worden door de waarheid dat ik, als Gods idee, onmogelijk vatbaar kan zijn voor ziekte, omdat ik geschapen ben naar Gods beeld en gelijkenis, en als zodanig volmaakt en geestelijk ben.

We kunnen soms verleid worden om met opgeheven armen te roepen: “Ik kan hier niets aan veranderen.” Maar er is wél iets dat we kunnen doen. We zijn namelijk in staat om waakzaam te zijn en ons bewustzijn vervuld te houden met wat waar is aangaande God en de mens. We kunnen ontwaken – ontwaken uit de droom dat wij geschapen zijn als onvolmaakte stervelingen – en onze ware identiteit als volmaakte geestelijke kinderen van God ontwaren.

In Genesis 1:27 lezen we: “God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij ze.” En sprekend over hoe Christus Jezus genas, legt Eddy uit: “Jezus aanschouwde in de Wetenschap de volmaakte mens, die voor hem zichtbaar was, waar door stervelingen een zondig, sterfelijk mens wordt gezien. In deze volmaakte mens zag de Verlosser Gods eigen gelijkenis en deze juiste kijk op de mens genas de zieken” (Wetenschap en Gezondheid, blz.476-477).

Jezus genas niet door te proberen om alle fouten te herstellen die God had gemaakt bij het scheppen van de mens. God maakte geen fouten in Zijn schepping, en als Hij dat al gedaan zou hebben, zou Jezus machteloos geweest zijn om teniet te doen wat God had gedaan. Maar Jezus was in staat om elke schijnbaar moeilijke situatie die hij tegenkwam te overwinnen. Hoe?

Niet door de werkelijkheid te veranderen, maar door de werkelijkheid duidelijker te zien dan iemand anders ooit deed. Jezus wist dat elke disharmonie onwaar is, omdat die niet uit God, het goede, voortkomt. Hij wist dat de volmaakte idee van God de ware identiteit van ieder mens is en dit geestelijk inzicht verbeterde en verhief hun inzicht omtrent zichzelf en bracht op die manier hun levens meer in overeenstemming met hun ware natuur.

Zoals Eddy ons vertelt in Wetenschap en Gezondheid:De mate waarin wij gehoor geven aan de eisen van het goede of van het kwade bepaalt de harmonie van ons bestaan – onze gezondheid, onze levensduur en onze Christelijkheid” (blz.167). En: “Houd uw gedachte standvastig op het blijvende, het goede en het ware gericht, en naarmate uw gedachten daarvan vervuld zijn, zult u die in uw leven gaan ervaren” (blz. 261).

Overdenkend hoe ik dit advies beter zou kunnen opvolgen, bedacht ik verschillende  manieren waarop ik dat zou kunnen doen. Ik begon met hoe ik mijn gedachten voorbereidde op autorijden. Ik ontdekte dat mijn reizen veel harmonischer waren wanneer ik actief erkende dat elke bestuurder en voetganger die ik op de weg tegenkwam Gods liefdevolle en intelligente kind was.

Ook volgde ik, nog niet zo lang geleden, een computercursus om te leren hoe ik voor een vriend een taak zou kunnen afmaken. Toen ik vertrok bezeerde ik mijn rug terwijl ik mij voorover boog om mijn computer in de draagtas te zetten. Ik was echter alert en verwierp spontaan de valse claim dat “geen goede daad ongestraft blijft.” Ik stelde onmiddellijk met absolute zekerheid vast dat ik volmaakt ben omdat God mij zo gemaakt heeft en Hij mij als volmaakt in stand houdt.

Een paar dagen lang voelde ik een lichte pijn als ik mijn rug op een bepaalde manier bewoog maar ik hield vast aan wat waar is aangaande mijn geestelijke identiteit. Na nog enkele dagen realiseerde ik me dat er geen suggestie van pijn meer was en dat ik vrij was. In de geestelijke werkelijkheid was ik altijd al vrij, maar ik moest mijn vrijheid claimen en het bewijs daarvan in mijn leven opeisen.

Ik leerde dat als wij onharmonische situaties in ons leven of in de wereld die wij om ons heen zien, willen veranderen, wij deze verandering kunnenaanbrengen en genezing vinden – maar wat wij nodig hebben is een gedachtenverandering en de dingen zien zoals God ze ziet, als volmaakt en harmonisch, zoals ze werkelijk zijn.

De missie van de Heraut

In 1903 stichtte Mary Baker Eddy De Christian Science Heraut, met het doel: “de universele werkzaamheid en beschikbaarheid van Waarheid te verkondigen” (My 353:14). De definitie van ‘heraut’ in een woordenboek: “voorloper – een boodschapper die vooruit is gestuurd om bekend te maken wat er gaat komen”, geeft een speciale betekenis aan de naam Heraut en wijst ons bovendien op onze plicht – de plicht van ieder van ons – om te zorgen dat onze Herauten hun taak vervullen, een taak die onafscheidelijk is van de Christus en werd aangekondigd door Jezus met de woorden: “Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan alle schepselen” (Markus 16:15).

Mary Sands Lee, Christian Science Sentinel, July 7, 1956

Lees meer over de Heraut en zijn missie.