Skip to main content Skip to search Skip to header Skip to footer

“Ik wilde er alles van weten…”

De Christian Science Heraut - 4 september 2013

Oorspronkelijk gepubliceerd in de september 2013 editie van The Christian Science Journal.


Op 3 oktober 2010 bevond ik me in een gevangenis in Los Angeles, Californië, en vroeg me af wat er eigenlijk was gebeurd dat ik daar terecht was gekomen. Alles was zo verwarrend voor me. Ik had nooit eerder in een gevangenis gezeten.

Met een van de mensen daar werd ik bevriend en hij liet me zijn Bijbel gebruiken. Toen ik jonger was had ik geprobeerd om de Bijbel te lezen, maar ik begreep de ouderwetse bijbeltaal niet. En sinds ik in groep 8 van school was gegaan, was mijn lezen er niet beter op geworden.

Mijn vriend had een nieuwe vertaling van de Bijbel en toen ik die las begreep ik alles. Die zondag was er een kerkdienst in de gevangenis en ik vroeg Bob, een protestante veldprediker, of hij mij een Bijbel voor mezelf kon geven. Er gingen twee weken voorbij en prediker Bob gaf me een MacArthur studiebijbel. Ik las er iedere dag in. Het leidde mijn gedachten af van mijn verblijf in de gevangenis en gaf me vredige gedachten.

Op een dag toen ik aan het lezen was, kwam iemand anders met wie ik bevriend was geworden, en zei me dat ik eens moest kijken of een boek van een vrouw, Mary Baker Eddy genaamd, iets voor me was. Ik zei dat ik nog nooit van haar gehoord had. Hij schreef haar naam op een stukje papier en ook de naam van haar boek Wetenschap en Gezondheid met Sleutel tot de Heilige Schrift . Ik zei hem dat ik mijn zuster zou vragen om me het boek op te sturen. Ik stopte het papiertje in mijn bewaarmap en vergat het helemaal. Drie maanden later werd ik verhuisd naar een gevangenis aan de overkant van de straat, naar een cel voor vier personen. Alles was daar veel slechter, maar ik was wel in staat om naar de kerk te gaan en kon nog steeds iedere dag in mijn Bijbel lezen.

Ongeveer twee maanden later gaf een van mijn celgenoten mij een boek en zei me dat ik dat eens moest lezen. Het was een gloednieuwe Wetenschap en Gezondheid. Ik legde het neer en ging verder met het lezen in mijn Bijbel. Later gaf ik hem het boek Wetenschap en Gezondheid terug.

De volgende zaterdag ging ik na de kerkdienst terug naar mijn cel. Toen hoorde ik een gevangenbewaarder aankondigen: “Iedereen die naar een Christian Science dienst wil gaan moet naar buiten komen”. En dat deed ik.

Toen ontmoette ik veldprediker Miller. De dienst die zij leidde was totaal verschillend van alles wat ik ooit eerder had gehoord. Maar ik vond het heel prettig wat ik hoorde en wilde meer weten over deze kerk. Na de dienst bleef ik nog even met haar praten. Ze was een Christian Science veldprediker en ze vertelde me dat God van mij houdt en dat God geen kwaad kent, alleen maar liefde. Ze gaf me een exemplaar van Wetenschap en Gezondheid en raadde me aan het laatste hoofdstuk te lezen, De Vruchten.

In plaats daarvan begon ik met het eerste hoofdstuk van het boek en las door tot bladzijde 50. Toen realiseerde ik me dat ik het moeilijk vond om te begrijpen wat ik las. Dus ik begon met De Vruchten te lezen, zoals prediker Miller had aanbevolen, en ging daarna terug naar het eerste hoofdstuk en begon weer van voren af aan. Dit keer begreep ik meer – niet alles wat ik las, maar het meeste. Ik kon niet wachten om prediker Miller weer te zien. Ik had haar zoveel te vragen.

Voordat ons volgende bezoek plaatsvond, werd ik op een morgen wakker met een zere keel. Ik kon bijna niet slikken. Ik dacht: “O nee, ik moet in de rij gaan staan om de dokter te zien en ik weet niet hoe lang dat zal duren.” Ik las wat in Wetenschap en Gezondheid – ik weet niet meer welke bladzijden. Ik ging liggen en viel in slaap.

Toen ik wakker werd had ik geen keelpijn meer. Eerst kon ik het niet geloven. Toen kreeg ik een gevoel dat moeilijk uit te leggen is – ik voelde me door en door gezond. Nu kon ik werkelijk niet wachten om prediker Miller te zien. Toen ik haar eindelijk zag vertelde ik haar wat er gebeurd was en ze zei dat ik een genezing had gehad. Vanaf dat moment wilde ik alles weten over Mary Baker Eddy.

Prediker Miller gaf me het boek Twelve Years with Mary Baker Eddy, van Irving Tomlinson. Ik was stomverbaasd over alles wat Eddy tot stand had gebracht en over haar genezende werk. Terwijl ik het boek las besefte ik dat ik eens dezelfde genezingen zou kunnen doen, als ik geestelijk gegroeid was. Ik begon de Bijbel te bestuderen en Wetenschap en Gezondheid, en prediker Miller bracht me Prose Works. Ik kon het niet neerleggen, wilde alle boeken van Eddy lezen en alles dat ik kon te pakken krijgen over Christian Science.

Alles dat ik hierover heb gelezen, is zo logisch en heeft me geholpen mijzelf en God beter te begrijpen. Dus weet ik dat Christian Science voor mij bestemd is. Op een dag gebeurde er iets dat ik als een bevestiging hiervan beschouw. Zo af en toe komen er cipiers onze cel doorzoeken, en wij zijn dan ergens anders. Op een keer toen het onderzoek afgelopen was, kwam ik terug en mijn spullen lagen overal verspreid. Toen ik begon de dingen terug te zetten waar ze hoorden, vond ik het stukje papier waar mijn vriend de naam Wetenschap en Gezondheid op had geschreven, in mijn Bijbel gestoken. De laatste keer dat ik dat papiertje had gezien zat het in mijn bewaarmap. Ik was het helemaal vergeten, maar nu, hier was het in mijn Bijbel!

De missie van de Heraut

In 1903 stichtte Mary Baker Eddy De Christian Science Heraut, met het doel: “de universele werkzaamheid en beschikbaarheid van Waarheid te verkondigen” (My 353:14). De definitie van ‘heraut’ in een woordenboek: “voorloper – een boodschapper die vooruit is gestuurd om bekend te maken wat er gaat komen”, geeft een speciale betekenis aan de naam Heraut en wijst ons bovendien op onze plicht – de plicht van ieder van ons – om te zorgen dat onze Herauten hun taak vervullen, een taak die onafscheidelijk is van de Christus en werd aangekondigd door Jezus met de woorden: “Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan alle schepselen” (Markus 16:15).

Mary Sands Lee, Christian Science Sentinel, July 7, 1956

Lees meer over de Heraut en zijn missie.