Kerklidmaatschap begon me te vervelen. Ik wilde liefde en vreugde voelen. Gelukkig wist God van mijn verlangen en beantwoordde het met een geestelijke doorbraak. Ik begon beter te begrijpen wat Kerk werkelijk betekent. Ik deed een paar verrassende ontdekkingen, en nu mijn liefde en vreugde zijn teruggekeerd, wil ik daar graag over vertellen.
Door lege zitplaatsen tijdens de dienst, vermindering van het ledenaantal, en activiteiten die geen resultaat opleverden, leek het dat er iets verkeerd was met mijn kerk. Deze overtuiging droeg ik met me mee tot me op een dag werd aangeraden de definitie van Kerk in Wetenschap en Gezondheid te bestuderen: “Het bouwwerk van Waarheid en Liefde; al wat berust op en voortkomt uit het goddelijk Beginsel. De Kerk is die instelling, die het bewijs levert van haar nut en blijk geeft het mensdom te verheffen, door het sluimerend begrijpen uit stoffelijke geloofsvormen wakker te roepen tot de erkenning van geestelijke ideeën en de demonstratie van de goddelijke Wetenschap, waardoor zij duivelen, of dwaling, uitwerpt en de zieken geneest” (blz. 583). Toen ik deze definitie bestudeerde, trof het me dat de Kerk waarover ik dit las Gods Kerk is, de enige ware Kerk die bestaat. En daar kon niets fout mee zijn. Ik wil maar zeggen dat deze definitie van Kerk een beschrijving geeft van de meest glorieuze instelling op aarde, en ook zeker kan dienen als handleiding voor Christian Science dochterkerken.
Bijvoorbeeld, zelfs wanneer het begrijpen “sluimert”, is de kerk nog steeds geheel actief. Maar het sluimerend begrijpen gaat zichzelf niet wakker roepen. Daarvoor zal de kerk de eerste stap moeten zetten. Dit kan leiden naar een nieuwe aanpak om samen te werken met de gemeenschap, en een nieuw zelfbeeld voor de dochterkerk en haar leden. In plaats van te proberen een veranderende wereld bij te houden, moedigt de ware Kerk de wereld aan om te veranderen. Zij neemt de leiding en is vooruitstrevend en onverschrokken. Zij grijpt iedere gelegenheid aan om de sluimerende, stoffelijke gedachten door elkaar te schudden en wakker te roepen.
Het woord “sluimerend” vertelt ons ook wel iets over onze buren. Het toont ons dat hun geestelijk begrijpen, zoals het onze, al aanwezig is. Het sluimerend begrijpen, met of zonder lidmaatschap, wacht er gewoon op om door de kerk wakker geschud te worden.
Dit is maar één manier waarop deze dynamische definitie van Kerk verklarend kan werken om frisse lucht en licht binnen te laten: door een inspiratie te zijn voor jouw genezende Christian Science praktijk – hier en nu. Je hoeft niet naar het verleden te kijken of op de toekomst te wachten om blij te zijn met je kerk. Zij is groots en magnifiek op dit moment.
Maar we moeten wel inzien, ieder voor zich, dat wij in feite genezers zijn. Christus Jezus droeg ons op, als zijn volgelingen, de zieken te genezen. Er is ons allen op goddelijk gezag een carrière toebedeeld als genezer. Het besluit dat we moeten nemen is: Zullen we aan deze oproep gehoorzamen, de praktijk van het genezen opnemen, en voorzien in de noden en behoeften van mensen in allerlei situaties waarvan wij alleen kennis dragen? De achteruitgang van de kerk zou wel eens het gevolg kunnen zijn van onze weerstand om dit werk aan te pakken. De vijand, of het sterfelijk gemoed, richt zijn hoofdaanval op ons genezingswerk, omdat onze Kerk gevestigd is op genezing en op het herstellen van dit verloren element voor de mensheid (zie de Kerkhandleiding, blz. 17). Maar als onze sluimerende praktijk van Christus-genezing is wakker geroepen, zal er een nieuwe levende kerk om ons heen oprijzen.
Waarom verlaten de leden de kerk? Denk eens aan het advies van Mary Baker Eddy: “Wij kunnen ons met deze kerk alleen verenigen, wanneer wij uit Geest zijn wedergeboren, wanneer wij het Leven bereiken, dat Waarheid is, en de Waarheid, die Leven is, door de vruchten van Liefde voort te brengen – door dwaling uit te werpen en de zieken te genezen” (Wetenschap en Gezondheid, blz. 35). Volgens mij is de kern van die uitspraak: “Wij kunnen ons met deze kerk alleen verenigen ... door ... de zieken te genezen.”
Dus als we geen vorm van genezende praktijk hebben, kunnen we ons niet werkelijk verenigen met deze kerk en zullen we er geen band mee voelen. We hangen er zo’n beetje bij met afnemende vreugde en liefde, zoals dat met mij het geval was, of we verdwijnen geleidelijk. In plaats van de aantrekkelijke, bevrijdende, bevredigende en essentiële zegening die de kerk zou moeten zijn, zou het meer kunnen lijken op nog weer een ander ding dat tijd kost, en we hebben het al zo druk. We zullen moeten genezen om de kerk te behouden.
Toen ik eenmaal de ware betenis van kerk begon te zien, en voor anderen begon te bidden met genezend resultaat, werd het hele ontwerp me duidelijk. Alles had een reden. De kerkdiensten, comité-werk, lezingen, de zondagsschool en andere kerkactiviteiten konden gezien worden als de middelen voor een centraal doel – de genezende praktijk. Ik begon de stem te horen van onze geestelijke Leider (de Bijbel en Wetenschap en Gezondheid) die de nadruk legt op de enorm belangrijke plaats die genezing inneemt. Wetenschap en Gezondheid vertelt ons: “Het eerste geloofsartikel, dat onze Meester zijn leerlingen voorhield, was genezing ...” (blz. 145), en: “Als eerste op de lijst van Christenplichten leerde hij zijn volgelingen de genezende macht van Waarheid en Liefde” (blz. 31).
Vergelijk dit eens met de suggestie die zegt: “Eens, als ik er klaar voor ben of genoeg begrijp, zal ik een genezer zijn” alsof het genezen het laatste zou zijn wat we doen! Als we een huis bouwen, eindigen we niet met de fundering. We beginnen ermee. Jezus verwachtte van ons dat we onze kerk beginnen met onze genezende activiteit en haar in stand houden op die basis. Dat is zoals hij het deed: “Jezus heeft zijn kerk gesticht en zijn zending gehandhaafd op de geestelijke grondslag van Christus-genezing” (Wetenschap en Gezondheid, blz. 136). Is er een betere weg dan de zijne?
Als we een cake gaan bakken maar vergeten om meel en eieren toe te voegen, falen we. Want er is een juiste manier is om een cake te bakken. Het recept hoeft niet verbeterd te worden, het moet gevolgd worden.
Dus als we verwachten een kerk te vestigen en te handhaven, en onze eigen genezende praktijk er buiten laten, zullen we op dezelfde manier falen. En dat komt niet omdat God niet van ons houdt (dat doet Hij wel) of omdat we het niet waard zijn (dat zijn we wel). Noch hoeft het het gevolg te zijn van verandering in maatschappelijke opvattingen over kerk of enig andere toestand in de buitenwereld. Het komt omdat wij ons verbonden hebben om de goddelijke Wetenschap te demonstreren en als we de voorschriften van deze Wetenschap niet gehoorzamen, ontvangen we de resultaten van gehoorzaamheid niet. Daar is niets geheimzinnigs aan. Als we kijken naar een bijna leeg kerkgebouw en ons afvragen hoe dit heeft kunnen gebeuren, zouden we ons misschien kunnen afvragen hoe lang het geleden is dat we iemand hebben genezen.
Wat zal het gevolg zijn als er meer genezende activiteit is? Er is een bijbelvers dat voor mij die vraag beantwoordt. Het stelt: “Brengt al de tienden naar het voorraadhuis, zodat er voedsel in Mijn huis is. Beproeft Mij toch hierin, zegt de Heere van de legermachten, of Ik niet de vensters van de hemel voor u zal openen, en zegen over u zal uitgieten, zodat er geen schuren genoeg zullen zijn” (Mal. 3:10 Herziene Statenvertaling). Zou dit kunnen betekenen dat als alle leden van een kerk hun genezende praktijk bijdragen en dit “voedsel” in Gods huis brengen, dat er op den duur geen plaats genoeg zal zijn, letterlijk, om allen te ontvangen die naar de kerk komen en lid willen worden?
Sinds ik een betere visie van kerk heb, mijn eigen dochterkerk inbegrepen, voel ik een levendiger geest in ons midden en heb ik gezien hoe er nieuwe leden zijn toegevoegd. Het is een hele nieuwe ervaring voor me. Maar ik hoefde mijn eigen kerk niet te verlaten om ergens anders een betere te vinden. Ik hoefde me er alleen maar mee te verenigen.