De conversatie loopt vast wanneer iemand de gemeenplaats uit: “Wel, zo ben ik nu eenmaal”, vaak gevolgd door: “Het zit in de familie.” Als we deze dooddoener accepteren, kunnen we geen kant meer uit.
Het is wijs dergelijke opmerkingen die we allemaal wel eens maken, nader te bekijken. We geven hiermee namelijk onze identiteit uit handen en laten ons leven bepalen door het noodlot. Dan staan we open voor ongewenste karaktertrekken en kwalen – en wie wil dat?
God, Geest, is de grote “Ik Ben die Ik Ben” (Ex. 3:14). Hij is Beginsel, de geestelijke, harmonische Oorsprong van allen. Zo is God nu eenmaal. En je identiteit komt van Hem.
Jezus zei over familiebanden: “Noem niemand op aarde vader, want jullie hebben maar één vader, de Vader in de hemel” (Matth. 23:9 NBV) en: “iedereen die de wil van God doet die is mijn broer en zuster en moeder” (Mark. 3:35 NBV). Dat is jouw familie en de mijne. Dat is onze familie.
Mary Baker Eddy, de schrijfster van het Christian Science leerboek Wetenschap en Gezondheid, gaf als definitie van de mens - jij, ik en ieder ander: “De samengestelde idee van oneindig Geest; Gods geestelijke beeld en gelijkenis; de volledige vertegenwoordiging van Gemoed” (blz. 591).
Dat is wie je werkelijk bent, onbeperkt, volmaakt, en vrij.