Wat zou je zeggen tegen een vriend die je vraagt hoe Christian Science mensen helpen kan bij de problemen die ze in hun leven hebben?
Je kunt waarschijnlijk met net zoveel verschillende antwoorden komen als er iPods zijn op een universiteitscampus – en Mary Baker Eddy legt Christian Science volledig uit in Wetenschap en Gezondheid met Sleutel tot de Heilige Schrift. Dus er is niets beters dan je vriend een exemplaar van dit boek te geven.
Maar als je dat niet hebt, wat zou je dan zeggen?
Een Christian Scientist, zoekend naar een creatieve benadering, antwoordde zijn vriend als volgt: “Wel, het eerste dat je moet begrijpen van het leven, is dat je een filmmaker bent. Jij produceert de film over je leven, en je hebt je eigen draaiboek.”
Dat brak het ijs. Zijn vriend wilde er meer over weten, en de Christian Scientist gaf ongeveer deze uitleg: Je levensopvatting bepaalt je omstandigheden – dat is een fundamenteel principe. En dus, als je gezonde en harmonische ervaringen wilt hebben, zul je een gezonde en harmonische visie moeten aanvaarden. En de manier om dat te doen, gaat terug naar de grondbeginselen van de werkelijkheid, die Mary Baker Eddy ontdekte in het midden van de 19e eeuw: De materie is niet wat het lijkt te zijn.
De materie is in feite een projectie van wat men denkt – een projectie van het menselijk gemoed. Denk maar eens hoe een film werkt. Wat je ziet op het witte doek, is daar niet werkelijk: Een zichzelf scheppende driedimensionale wereld (vol mensen, gebouwen, en landschappen) waar je binnen kunt lopen, die je kunt aanraken, ruiken, horen, en bewonen. Maar je kijkt slechts naar een dun filmdoek, naar een illusie die gecreëerd is door licht. Een meeslepende illusie weliswaar, die in ons een verscheidenheid van emoties oproept, van vreugde tot angst en van lachen tot huilen – maar evengoed een illusie.
Dus als je de film wilt veranderen of bewerken – of hem in focus brengen – loop je niet naar het scherm om te proberen het geprojecteerde beeld te veranderen. Je gaat naar de projectiecabine en verandert daar het beeld dat geprojecteerd wordt.
Hetzelfde geldt voor onze menselijke ervaring. Als we onze omstandigheden willen veranderen, moeten we naar de “projector” gaan, wat betekent dat we ons mentale uitzicht nader bekijken en dan aanpassen aan de visie die we op onszelf hebben.
Zien we onszelf als onbekwaam, niet al te slim, beperkt in onze mogelijkheden, belast met schulden, iemand in moeilijkheden, ontevreden met ons werk, en ongelukkig in de liefde? Gedoemd tot lijden en wanhoop?
Of houden we een beeld van onszelf voor ogen dat overeenstemt met een hoger, ideaal idee? Want als we uitgaan van een ideaal beeld van onszelf, zien we dat weerspiegeld in de kwaliteit van ons leven.
Nu een belangrijke vraag: Waar komt een ideaal beeld van onszelf vandaan? Waar ontstaat dat beeld van onszelf als talentvol, kundig, krachtig, gezond, veilig, vol compassie, wel verzorgd, en rijk aan mogelijkheden?
Dat ideale beeld van onze identiteit wordt voortdurend geprojecteerd, niet vanuit het menselijk gemoed, maar vanuit het goddelijk Gemoed. En dit goddelijk Gemoed – ons goddelijk Gemoed (dat ons aller deel is, zoals zonnestralen deel zijn van de zon) – bestaat geheel buiten de materie.
Een ideaal beeld van onszelf komt niet voort uit een stoffelijke bron (hoe zou dat kunnen?), maar uit een ideale bron, een geestelijke bron. In andere woorden, het ideale concept van onszelf – geheel geestelijk (compleet in vorm en functie, altijd nuttig en vruchtbaar) – vindt zijn oorsprong in Geest. Zoals Mary Baker Eddy het stelt: “En hoe is de mens gezien door de lens van Geest, vergroot, en hoe is zijn onstaan tegengesteld aan de stof, en hoe bestaat hij geheel samen met zijn origineel, nooit gescheiden van Geest! (The First Church of Christ, Scientist, and Miscellany, blz. 129).
Mary Baker Eddy ontdekte dat het wetenschappelijk begrijpen van de misleidende, mentale aard van de materie, ons macht geeft over de stof, zoals Jezus die macht had ontvangen. Daarom hebben wij allen de mogelijkheid te genieten van een leven dat beantwoordt aan een hoger begrip van onszelf. Een leven dat straalt met een volledig kennen van ons ideaal – het oorspronkelijke leven – waar Geest de bron is van ons bestaan: zorgeloos, vruchtbaar en goed. Wanneer wij die visie accepteren, zullen onze ervaringen zich erbij aanpassen en zal geluk, overvloed en gezondheid ons deel zijn. Niet uitsluitend voor onszelf, maar ook voor anderen.
Geest en Gemoed, zowel als Liefde, zijn namen voor God. En Christian Science zegt: De goddelijke Geest garandeert dat je ongelimiteerde vitaliteit, vreugde en werk hebt. Dus laat je inspireren en leiden, en ieder plan en onderdeel van de dag besturen door het goddelijk Gemoed. Laat de goddelijke Liefde je redden van duisternis en vrees – voel de reddende macht van Liefde, de steunende invloed en het verlossende licht. De Bijbel belooft: “Mijn plan met jullie staat vast – spreekt de Heer. Ik heb jullie geluk voor ogen, niet jullie ongeluk: ik zal je een hoopvolle toekomst geven” (Jer. 29: 11 NBV).
Onze opvattingen scheppen onze omstandigheden. Als we onze meningen laten vormen door God – als we ons overgeven aan de visie die door Geest/Gemoed geïnspireerd is, als we ons onderwerpen aan het reine beeld dat Liefde heeft van ons unieke doel, onze vermogens en waarden – kunnen we ervan op aan dat de filmspoel van ons leven zich op prachtige wijze zal ontrollen, vol van wonderbaarlijke gebeurtenissen, een gezonde ontwikkeling van lichaam en karakter, het overwinnen van tegenslagen, en eindeloze zegeningen.