Skip to main content Skip to search Skip to header Skip to footer

Mijn buurvrouw Mary Baker Eddy

De Christian Science Heraut - 1 april 2010

Christian Science Sentinel, 8.12.2008


Ik heet Nadia. Toen ik 12 was, kwam ik van Druskeniki in Rusland om bij mijn tante Fannie in Lynn, Massachusetts, te gaan wonen.

De achtertuin van mijn tante grensde aan de achtertuin van mevrouw Eddy. Ik zag haar vaak als ik ’s morgens de was buiten hing. Omdat ik pas in Amerika was, kon ik nog niet zo goed Engels spreken. Maar hoewel ik haar niet kon begrijpen, glimlachte mevrouw Eddy altijd tegen me en sprak tegen me. Ik probeerde er aan te denken mijn Russisch-Engels woordenboekje mee te nemen, zodat ik er iedere keer als ik met haar sprak een paar woorden bij kon leren.

Mijn tante was niet zo’n vriendelijke persoon. Ik deed erg mijn best om de klusjes en werkjes die ze me opdroeg zo goed mogelijk te doen, maar toch mocht ze me niet zo erg. En ze mocht mevrouw Eddy al helemaal niet en vertelde me de vreselijkste verhalen over haar. Ik wilde die verhalen nooit geloven. Ik kon niet begrijpen waarom mijn tante slechte dingen vertelde over zo’n vriendelijke vrouw.

Ik probeerde altijd om onopvallend naar mevrouw Eddy’s huis te gaan als mijn tante weg was, zodat ik haar niet boos zou maken. Mevrouw Eddy was vaak aan het studeren en schrijven, en soms vroeg ze me met haar lieve stem of ik een andere keer terug wilde komen. Ik ontdekte al gauw dat zaterdag een goede dag was om haar te bezoeken, want dan was ze niet zo druk, en mijn tante nam dan altijd de baby mee naar het park. Ik hield er van om op een houten krukje te zitten bij mevrouw Eddy’s stoel, en naar haar te kijken als ze aan het lezen en schrijven was.

Mijn tante noemde me Nettie, een gewoon klinkende Engelse naam, want ze vond dat Nadia te buitenlands klonk. Maar mevrouw Eddy hield van mijn naam Nadia. Ze zei dat het zo’n mooie naam was en dat hij echt bij me paste. Ze glimlachte en zei dat de naam Nadia mij er niet van zou weerhouden vooruit te komen in Amerika. Ze zei dat ik heel gauw perfect Engels zou spreken en dat ik me gauw in mijn nieuwe land aangepast zou hebben en dat ik mijn naam moest houden. Toen ik thuis kwam stond ik er op dat mijn tante me Nadia zou noemen.

Op een zaterdag zei mevrouw Eddy dat ze het erg druk had en vroeg me of ik een paar boodschappen voor haar kon doen. Eén daarvan was vlees te halen bij de slager in Lynn. Ik prentte zorgvuldig in mijn hoofd wat ik de slager vragen moest. Ik herhaalde de Engelse zin keer op keer in gedachten terwijl ik naar de winkel liep, totdat ik me de woorden perfect herinnerde.

Onderweg zag ik een groep kinderen van mijn school. Ze stonden op een kluitje naar iets te kijken. Toen ik dichterbij kwam, noemde een meisje mij een groentje, een naam die mensen aan buitenlanders geven. Daar schrok ik een beetje van, maar ik was wel erg benieuwd waar zij naar keken. Toen ik over hun schouders gluurde, zag ik dat zij foto’s bekeken die in de schooltuin waren gemaakt. De kinderen noemden deze foto’s ping-pongs. Ik had ook mijn foto laten maken, maar ik kon hem niet kopen want hij kostte 25 cent en die had ik niet. Toen ik de slagerij binnenliep, kon ik alleen maar denken aan die ping-pongs, en toen de slager me vroeg wat ik hebben wilde, waren de enige woorden die ik kon uitbrengen: “Mevrouw Eddy’s ping-pong”. De slager was totaal beduusd en wist niet wat ik bedoelde. Dus ging ik met lege handen naar mevrouw Eddy’s huis terug.

Zodra ik haar zag, wist ik weer precies wat ik had moeten zeggen. Ik was helemaal uit het veld geslagen. Mevrouw Eddy zei dat het beste was om terug te gaan naar de winkel en dat alles weer goed zou komen, maar ik schaamde me zo vreselijk dat ik huilend naar huis holde.

Later schreef ik haar een brief met mijn verontschuldigen voor mijn blunder, maar toen ik haar de brief gaf, zei ze dat het niet nodig was om me te verontschuldigen. Ze streek liefdevol mijn haar uit mijn gezicht en zei dat we allemaal van onze fouten moeten leren, en dat fouten gebruikt moeten worden als springplank.

Ik heb maar zeven maanden bij mijn tante gewoond voor ik verhuisde naar New York, maar voordat ik uit Lynn vertrok, gaf mevrouw Eddy me een fotootje van haarzelf. Toen we afscheid namen, omhelsde ze me en gaf me een kus, en zei dat er een dag zou komen dat ze trots op me zou zijn.

Enkele jaren later bezocht ik mevrouw Eddy in Concord, New Hampshire, waar ze toen woonde. Ze herkende me direct en was zo blij me weer te zien. Ze zei dat ze heel blij was dat ik de naam Nadia had gehouden. Ik vertelde haar dat ik een leerling van Christian Science was en daar was ze ook verheugd over.

Mary Baker Eddy leerde me zo veel in zo’n korte tijd. Maar haar werken leerden me nog meer, en die zijn er voor iedereen om te bestuderen en van te leren.

Dit verhaal is gebaseerd op herinneringen van Nadia Swartz Williams, die verkrijgbaar zijn in De Mary Baker Eddy Bibliotheek.

Een belangrijk jaar

Mary Baker Eddy is de ontdekster en grondlegster van Christian Science. In 1875 verhuisde ze naar een houten huis in Lynn, Massachusetts. Ze had niet veel geld. Daarom verhuurde zij de meeste kamers aan andere mensen.

Wanneer we denken aan huizen die meer dan honderd jaar oud zijn, veronderstellen we wellicht dat ze van binnen geverfd waren in doffe en saaie bruine kleuren, maar dit huis niet! Mary Baker Eddy’s huis was vol licht en kleur. De muren waren dieprood geverfd, en ze hield ook van glanzende goud- en zilververf. Dit huis is nu een museum, zodat men het kan bezoeken. Maar het is niet zo kleurrijk als toen mevrouw Eddy er woonde.

1875 was een belangrijk jaar voor mevrouw Eddy. Om te beginnen omdat ze in haar nieuwe huis trok, maar nog belangrijker omdat de eerste druk van haar boek Wetenschap en Gezondheid werd gepubliceerd. Ze had bijna tien jaar eerder ontdekt dat je kon genezen door gebed, zoals Jezus had gedaan. Het werd haar levenswerk om iedereen ter wereld te vertellen hoe je op geestelijke wijze kunt genezen, en ze deed dit door haar boek te schrijven en door onderwijs te geven. Ze had altijd een heleboel geestdriftige leerlingen. In 1877 trouwde ze met één van hen. Hij heette Gilbert Eddy. En zo werd zij Mary Baker Eddy. (Baker was haar meisjesnaam.)

Toen de Eddy’s in Lynn woonden, kwam er een meisje uit Rusland, Nadia Swartz genaamd, naast hun wonen. Ondanks dat Nadia daar maar korte tijd gewoond heeft, hadden mevrouw Eddy’s vriendelijkheid, geduld en liefde een grote invloed op de rest van haar leven. Nadia begon later Christian Science te bestuderen, en vertelde hoe ze mevrouw Eddy leerde kennen.
—R.B.

De missie van de Heraut

In 1903 stichtte Mary Baker Eddy De Christian Science Heraut, met het doel: “de universele werkzaamheid en beschikbaarheid van Waarheid te verkondigen” (My 353:14). De definitie van ‘heraut’ in een woordenboek: “voorloper – een boodschapper die vooruit is gestuurd om bekend te maken wat er gaat komen”, geeft een speciale betekenis aan de naam Heraut en wijst ons bovendien op onze plicht – de plicht van ieder van ons – om te zorgen dat onze Herauten hun taak vervullen, een taak die onafscheidelijk is van de Christus en werd aangekondigd door Jezus met de woorden: “Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan alle schepselen” (Markus 16:15).

Mary Sands Lee, Christian Science Sentinel, July 7, 1956

Lees meer over de Heraut en zijn missie.