Christian Scientisten zijn zich wél bewust van Mary Baker Eddy’s verwachting dat haar Kerk de wereld zou omvatten. Haar zuivere, liefdevolle hart sprak duidelijk uit haar woorden: “… in hoop en vertrouwen, waar hart spreekt tot hart met wederzijdse zegeningen, drink met mij het levend water van de geest van mijn levensdoel, - de mensheid te doordringen van de ware erkenning van de praktische en genezende werking van Christian Science” (Miscellaneous Writings 1883-1896, blz. 207). Zij die Christian Science liefhebben verlangen ernaar de bergafwaartse tendens van de laatste decennia te keren.
Een paar jaar geleden stelde de Raad van Directeuren zich de taak om samen met alle kerkleden de normale groei van Eddy’s Kerk te herstellen. Wij begrijpen dat een hernieuwde, levende Kerk het vanzelfsprekende resultaat zal zijn van een toename in geestelijke genezingen. Eddy schreef: “Jezus heeft zijn kerk gesticht en zijn zending gehandhaafd op de geestelijke grondslag van Christus-genezing” (Wetenschap en Gezondheid, blz. 136). Dat is ons doel.
We nemen tevens haar belofte ter harte dat “de bloei van Christian Science in hoge mate afhankelijk is” van de Zondagsles (Kerkhandleiding, blz. 31). Deze uitspraak heeft ons doen inzien dat geestelijke genezing het gevolg is van groter geestelijk begrijpen, dat op zijn beurt voortkomt uit toegewijde studie, gebed en waakzaamheid. Wij werken er met overgave aan, door middel van de tijdschriften, lezingen, bijeenkomsten in het Veld, Jaarvergaderingthema’s en andere berichten, de natuurlijke liefde van ons allen voor de Christus, Waarheid, en het onvermijdelijk genezend resultaat hiervan te stimuleren.
Zelfs voordat wij ons dit doel stelden, ontvouwde de goddelijke Liefde een manier waarop dit bereikt kon worden. Ongeveer vijf jaar geleden was er een vertakking van de Christian Science Kerk die de gehele Raad van Directeuren uitnodigde hun leden te komen bezoeken om vragen te beantwoorden over de wijze waarop wij onze kerkzaken behartigden. Het was een openhartige bijeenkomst, waar af en toe onverwerkte emoties naar boven kwamen. Maar het heeft ons enorm geholpen. Het moedigde ons aan naar meer openheid te streven. Wij leerden dat we zorgvuldiger aandacht moesten besteden aan bepaalde zaken en duidelijker moesten communiceren. We begrepen beter waarom sommige leden verontrust waren en hoe wij konden helpen. Aan het einde van de bijeenkomst vloeiden er heel wat tranen, ook van ons. De tedere, liefdevolle geest van de transformerende Christus werkte die dag op wonderbaarlijke wijze.
Spoedig kwamen er meer uitnodigingen om het Veld te bezoeken. Tot nu toe hebben we 234 bijeenkomsten gehouden in zes continenten over het belang van Kerk, genezing en eenheid. De Raad is er zoveel rijker van geworden en velen vertellen ons dat zij meer vrede hebben met de activiteiten van De Moederkerk. Vertrouwen en respect zijn toegenomen, achterdocht en wantrouwen verminderen. Wij weten dat deze geest van wederzijdse genegenheid essentieel is bij de vooruitgang van onze Kerk.
Een van de taken waarvoor wij ons inzetten, en die wij zien als fundamenteel voor de toename in genezingen, is de erkenning van de grootsheid van Christian Science. Het is de universele, goddelijke Wetenschap die God geopenbaard heeft om de wereld te redden van zonde en de consequenties daarvan. Deze waarheid van een volmaakte God en een volmaakte mens vernietigt het geloof dat ten grondslag ligt aan ziekte, strijd en dood. Iedere student van deze Wetenschap komt ertoe Mary Bakers Eddy’s woorden te waarderen: ““Nooit was er een dringerder en gebiedender oproep dan God op dit moment aan ons allen doet voor onze vurige toewijding en volledige overgave aan de grootste en heiligste van alle zaken” (Mis., blz. 177).
Een andere taak die ons na aan het hart ligt, is alert te zijn en zowel de duidelijke als de subtiel verborgen tegenstand ten opzichte van Christian Science ongedaan te maken. Jezus waarschuwde: “Ziet, ik zend u als schapen in het midden der wolven; weest dan voorzichtig gelijk de slangen, en oprecht gelijk de duiven” (Matth. 10:16). Wanneer de mensen gedachteloos langs de Leeskamer lopen of de kracht van de tijdschriften en lezingen van onze Kerk negeren, kunnen we alert zijn om elke verborgen vijandelijke invloed op het menselijk denken te ontkennen en te begrijpen dat ieder vrij is, gehoor te geven aan en recht heeft op het onvergelijkbare goede dat Christian Science voor hen, hun dierbaren en de wereld vertegenwoordigt.
De derde taak die we hoogschatten, is de rol van Mary Baker Eddy duidelijker te beseffen. Zij is oneindig veel meer dan een belangrijke, historische persoonlijkheid. Wij weten dat zij degene was, voorbereid en door God gekozen, om de beloofde Trooster te ontvangen en hem voor de wereld toegankelijk te maken. Zij deed haar werk met onvoorstelbaar grote trouw. Wij bidden om haar voorbeeld van toewijding aan de Christus te volgen.
Het is ons voorrecht om samen met u allen die Christian Science liefhebben, het heilige, genezende doel van deze grootse ontdekking tot vervulling te brengen.
