Een paar jaar geleden verschenen er irritante en pijnlijke gezwellen op mijn voet en tenen. Ik wist dat die alleen door gebed konden worden genezen en ik bad er menigmaal voor, maar de toestand veranderde niet.
Kort daarop belde iemand me op en vroeg om een Christian Science behandeling, waaaraan ik graag gehoor gaf. Op een avond toen ik voor deze zaak bad, overdacht ik enige tijd een zin in Wetenschap en Gezondheid, die luidt: “ U maakt de goddelijke wet van genezing duister en van nul en gener waarde, wanneer u het menselijke met het goddelijke in de weegschaal legt, of in enige richting van het denken de alomtegenwoordigheid en de almacht van God beperkt.” (blz. 445). Ik doorzocht mijn gedachten om te zien of ik de alomtegenwoordige Liefde en haar praktische, hernieuwende macht beperkte en ik bad om vrij te zijn van zo’n belemmering. Al gauw kreeg ik een heldere overtuiging dat Liefdes macht overal is en voorziet in alle noden.
Later hoorde ik dat dit gebed een directe, genezende uitwerking had gehad op de persoon die ik hielp, maar het baande ook de weg voor wat er te gebeuren stond in mijn eigen situatie. Nadat ik ernstig gebeden had met die zin in Wetenschap en Gezondheid, ging ik even een andere kamer in. Ik liep op blote voeten en merkte ik hoe ik me bewust was van mijn tenen. Ik dacht meteen aan een zin uit Spreuken: “Zult gij uw ogen laten vliegen op hetgeen niets is?” (23:5). Tevens herinnerde ik me een zin van Mary Baker Eddy uit Wetenschap en Gezondheid: “Ziekte is altijd het gevolg van een verkeerd begrip, dat in de gedachten geherbergd en niet vernietigd wordt” (blz. 411). Meteen zag ik in dat ik mijn gedachten op God moest richten en het bewijs van ziekte moest afwijzen, in plaats van te blijven geloven dat er een abnormale toestand aan mijn voet was. Ik moest beter beseffen dat God, de enige Oorzaak, geen abnormaliteiten had geschapen, en dit ook niet kon. En daarom is zo’n toestand alleen het valse getuigenis van de stoffelijke zinnen. Ik dacht weer aan m’n biddend werk dat ik onlangs had gedaan — op geen enkele manier de almachtige, genezende macht van Liefde te beperken — en ik kreeg het zekere gevoel te zijn genezen.
Ik keek niet meer naar m’n tenen en weerstond iedere verzoeking om dit te doen, tot ik de volgende week op een bepaald moment zag dat de huid daar net zo gaaf en onaangetast was als van mijn andere tenen. Maar de zool van mijn voet was nog niet veranderd.
Toen op een dag, terwijl ik aandacht besteedde aan een ander verzoek voor Christian Science behandeling, bad ik en studeerde ik de hele ochtend in de Bijbel en in de werken van Mary Baker Eddy. Ik had me eerder die ochtend belast gevoeld door persoonlijke verantwoordelijkheid voor mijn werk. Maar naarmate mijn gedachten door geestelijke waarheid werden geïnspireerd, begon ik meer van God te begrijpen als het ene goddelijke Ego, en zag ik de totale controle die Hij over Zijn schepping heeft. Vrees en twijfel verdwenen en ik was gevuld met de overtuiging van de aanwezigheid van de goddelijke Liefde.
Op dat moment voelde ik een duidelijke verandering in mijn denken over het geval waarvoor ik aan het bidden was en ik wist dat mijn werk was volbracht. Ik wist ook dat ikzelf was genezen, alhoewel ik op dat moment niet wist waarvan, aangezien ik specifiek voor iemand anders had gebeden. Later op de dag hoorde ik dat er grote vooruitgang was in het geval waarvoor ik een Christian Science behandeling gaf, en in een dag of twee vertelde deze persoon mij dat de symptomen volledig waren verdwenen. Een paar dagen daarna, direct na mijn dagelijkse ochtendstudie van de bijbelles, kreeg ik de impuls om naar mijn voetzool te kijken. Dat deed ik en zag dat de huid nu helemaal gaaf en normaal was.
Woorden schieten te kort om mijn dankbaarheid te beschrijven voor dit praktische voorbeeld van de waarheid in Mary Baker Eddy’s uitspraak: “Wat één zegent, zegent allen” (Wetenschap en Gezondheid, blz. 206) en voor het feit dat we er altijd beter van worden als we ons inzetten om anderen te helpen.
Brighton, Massachusetts, V.S.