Skip to main content Skip to search Skip to header Skip to footer

Hoe steun je op God?

De Christian Science Heraut - 1 april 2009

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op spirituality.com, en werd later gepubliceerd in de 4 augustus 2008 editie van de Christian Science Sentinel.


“Voor hen, die op het alles-dragend oneindige steunen, is het heden rijk aan zegeningen.” Zo begint Mary Baker Eddy haar belangrijkste werk, Wetenschap en Gezondheid met Sleutel tot de Heilige Schrift (blz. vii), en ik kan zeggen dat deze schone belofte door de jaren heen zovaak in mijn gedachte is gekomen, dat ik een zeer dankbare lezer ben! Steunen op God is voor mij het essentieële uitgangspunt geworden bij alle gebed.

Toen ik opgroeide dacht ik dat “op het alles-dragend oneindige steunen” het loslaten was van persoonlijke verantwoordelijkheid om tot een groter vertrouwen in God te komen. Ik stelde me voor dat ik leerde zwemmen, mijn hoofd achterover in het water legde en voelde hoe de wetten van de opwaartse kracht mij moeiteloos en perfect ondersteunden. Ik hoefde die wetten niet te maken want ze waren er al. Wat ik echter wel moest doen, was op die wetten vertrouwen en me ontspannen om vrij rond te kunnen zwemmen.

Het lijkt me logisch dat Wetenschap en Gezondheid begint met een referentie aan steunen, zodat de lezers zich realiseren dat, onafhankelijk van hun (vermeende) geringe kennis van de geestelijke wetten die het heelal en de goddelijke Wetenschap besturen, zij altijd genezing kunnen vinden door zich in grotere mate over te geven aan die wetten.

Toen ik een gezin met jonge kinderen had, kreeg ik veel inspiratie van “op het alles-dragend oneindige steunen.” Op een nacht wiegde ik mijn pasgeboren baby in mijn armen in de duistere kinderkamer. Ik was tevens aan het bidden, omdat ik tobde waar het geld vandaan moest komen om voor onze drie kinderen te zorgen. Ik keek naar mijn dochtertje. We waren net af van haar nachtvoeding, maar ze  was evengoed klaarwakker en keek naar me op met groot vertrouwen en tevredenheid. Ze was uiterst hulpeloos om voor zichzelf te zorgen, maar ze zag er voldaan en vredig uit.

“Dit is wat ‘op het alles-dragend oneindige steunen’ betekent”, dacht ik. Niet steunen door zoveel mogelijk zelf te doen en dan, als je nog een beetje hulp nodig hebt of even wilt uitrusten, op God steunen. Nee, het is je compleet overgeven aan de zorg en leiding van je goddelijke Ouder. Het is zoals Jezus zei: “Ik kan van mijzelf niets doen” (Joh. 5:30). Wat een last viel er van mijn schouders! In de maanden en jaren daarna hadden we altijd genoeg om van rond te komen en voor onze kinderen te zorgen.

Ik herinner me een specifieke genezing op een bepaald moment in mijn carrière door “op het alles-dragende oneindige [te] steunen.” Ik was me aan het voorbereiden een toespraak te geven op een conferentie in Los Angeles. Tijdens de maanden van voorbereiding en ook in het vliegtuig, had ik zorgvuldig een oog gehouden op de meer dan 100 pagina’s die ik zou gebruiken bij mijn vier uur durende voordracht. De week daarvoor leek het erop dat ik een zware verkoudheid zou krijgen. Door gebed waren de ergste tekenen daarvan spoedig verdwenen, maar ik had nog steeds een kriebelhoest, waarover ik me zorgen maakte dat die de lezing zou verstoren.

Toen, op de avond voorafgaande aan de toespraak, stak ik de weg over van mijn hotel naar een restaurant waar ik ging eten. Ik had het manuscript bij me in een map, want ik was van plan nog even een paar dingen na te kijken terwijl ik op mijn maaltijd wachtte.

Halverwege struikelde ik en de map vloog uit mijn handen. Een stevige zeebries greep bijna alle bladen en blies ze over de drukke boulevard. Terwijl ik deze hele scène gadesloeg begon ik zowaar te lachen – want wat op dat moment in mijn gedachten schoot was: “Nu moet je wel op het alles-dragend oneindige vertrouwen en niet op jezelf.” Ik had er geen idee van wat de oplossing zou zijn, maar ik wist dat God het aankon.

De twee portiers die buiten de deur van het restaurant stonden, zagen ogenblikkelijk mijn hachelijke toestand in en ijlden toe, verzamelden alle pagina’s die ze konden vinden, terwijl ik de bladen oppakte die aan mijn voeten lagen. Zij overhandigden mij een verkreukte stapel papieren en ik ging aan een tafel in het restaurant zitten om de hele boel weer op volgorde te leggen, vertrouwende dat God me zou helpen de ontbrekende pagina’s mentaal te reconstrueren. Maar dat hoefde niet, want er was niet één blad verdwenen. Wat was verdwenen was mijn  gevoel van verantwoordelijkheid voor de toespraak en ook elke bezorgdheid over mijn gehoest. De volgende dag was ik totaal vrij van enig teken van verkoudheid en goed voorbereid om de lezing te houden.

Nog steeds krijg ik nieuwe inspiratie van “op het alles-dragend oneindige steunen.” Het laatste voorval was tijdens een reis naar India. Ik zat in een riksja; voor ons uit reed een familie van vijf personen, allemaal op één motorfiets. De moeder had haar kleuter op schoot en had haar arm teder en beschermend om het meiske heen geslagen, dat rustig doorsliep terwijl de motorfiets door het verkeer zigzagde. “Nou, dat is pas steunen op ‘het alles-dragend oneindige’ ”, dacht ik.

Zelfs als we het gevoel hebben dat we pijlsnel door ons dagelijks leven schieten,  beschermt God, Moeder-liefde, ons en zorgt voor ons. Hiervan kunnen we zo zeker zijn, dat we net als het kindje vredig en gerust kunnen zijn.

Wetenschap en Gezondheid behoort tot die boeken waarvoor ik dankbaar ben omdat elke zin een mogelijke bron van inspiratie en genezing is. Bij de vele revisies van het boek was Mary Baker Eddy er uiterst attent op om heel nauwkeurig elke zin de juiste plaats te geven. Het hoeft ons dus niet te verbazen dat de eerste zin begint met God, het alles-dragend oneindige. Wat een geruststelling te weten dat alles wat heden op onze weg komt rijk aan zegeningen is.

De missie van de Heraut

In 1903 stichtte Mary Baker Eddy De Christian Science Heraut, met het doel: “de universele werkzaamheid en beschikbaarheid van Waarheid te verkondigen” (My 353:14). De definitie van ‘heraut’ in een woordenboek: “voorloper – een boodschapper die vooruit is gestuurd om bekend te maken wat er gaat komen”, geeft een speciale betekenis aan de naam Heraut en wijst ons bovendien op onze plicht – de plicht van ieder van ons – om te zorgen dat onze Herauten hun taak vervullen, een taak die onafscheidelijk is van de Christus en werd aangekondigd door Jezus met de woorden: “Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan alle schepselen” (Markus 16:15).

Mary Sands Lee, Christian Science Sentinel, July 7, 1956

Lees meer over de Heraut en zijn missie.