De waarheid dat de mens geestelijk is en niet stoffelijk, ontdekte ik door mijn ervaring met Christian Science. Gedurende een periode van drie of vier jaar was ik invalide geweest en had verschillende operaties ondergaan. Bij de laatste operatie bleek het nodig om het trommelvlies en de gehoorbeentjes uit mijn linkeroor te verwijderen. Aangezien ervan wordt uitgegaan dat we via deze delen horen, was ik aan dat oor doof.
In het voorjaar van 1916 stortte ik in en raadpleegde een arts die vaststelde dat ik tuberculose had. Gelijk nadat de school sloot, ging ik naar een sanatorium in de hoop de gezondheid en kracht te vinden die ik zo hard nodig had voor mijn werk als lerares. Maar in plaats van te herstellen, werd ik alleen maar zieker. Mijn ogen, die al zwak waren (ik droeg al tien jaar een bril), verslechterden snel en ik begon te vrezen voor mijn zicht. Deze stress had ik lang volgehouden, maar die kon ik niet langer aan en stond op het punt een zenuwinzinking te krijgen.
In deze toestand kwam ik aan het einde van mijn financiële middelen. Ik moest weer de wereld in, maar de arts had mij verteld dat ik, als ik zou proberen te gaan werken, niet langer dan zes maanden te leven had.
Ik keerde terug naar de stad waar ik had gewoond en een vriendin bood mij gastvrij aan bij haar in huis te komen wonen, maar ik weigerde, omdat ik wist dat zij geïnteresseerd was in Christian Science. Ik dacht namelijk dat aanhangers van Christian Science ziekte simpelweg als ingebeeld beschouwden en ik geloofde immers dat ik ziek was en wilde niet dat iemand me zou vertellen dat dit niet het geval was. Toch was ik ook niet tevreden met de oude leer die stelde dat God ziekte zendt en wij tot Hem moeten bidden om de aandoening van ons weg te nemen. Hoewel ik het niet wilde toegeven, had ik liefde nodig en ook een plek waar ik me geen zorgen hoefde te maken en tot rust kon komen.
Uiteindelijk nam ik het aanbod van mijn vriendin aan – maar pas nadat ze had beloofd niet met mij over Christian Science te praten. Toen ik haar huis binnenkwam, moest ze me naar bed helpen, want ik was te zwak om op mijn benen te staan en had hoge koorts. Voordat ze de kamer uitging, gaf ze me het boek Wetenschap en Gezondheid met Sleutel tot de Heilige Schrift van Mary Baker Eddy, met de opmerking dat ik het zou kunnen lezen als ik niet kon slapen.
Hoe dankbaar ben ik voor de wijsheid die haar lippen sloot en het aan waarheid overliet zichzelf te bewijzen. Toen ik alleen was, begon ik na te denken en vroeg me af of Christian Science de verandering had teweeggebracht die ik bij haar had opgemerkt. Na een tijdje kwam ik tot de conclusie dat niets anders dit had kunnen doen. Op dat moment besloot ik dat er enige waarheid moest schuilen in deze leer die ik niet kende; en nu wilde ik ontdekken wat die waarheid was. Ik vergat mijn kwalen tijdens het zoeken naar deze waarheid en dacht er ook niet aan dat Christian Science werd verondersteld fysieke problemen te genezen.
Ik opende het boek en begon te lezen, maar mijn ogen waren zo zwak dat ik slechts één zin tegelijk kon lezen. Na elke zin legde ik het boek neer, dacht na en probeerde te besluiten of ik de ideeën als waar kon accepteren. Ik overwoog het gelezene van alle kanten, want ik wilde de waarheid begrijpen en niet zomaar iets aannemen, omdat anderen dat deden. Iedere keer kwam ik tot de conclusie dat wat ik las de waarheid was. Na twintig minuten lezen was ik zo vervuld van de genezende gedachte van deze waarheid, zo zeker van de aanwezigheid van een liefhebbende Vader-Moeder God, dat er geen ruimte meer was voor enige disharmonie.
Ik stond op uit bed en het was alsof alle onharmonische omstandigheden waren verdwenen, zoals je een vuil kledingstuk uittrekt. Ik besefte meteen dat mijn ogen, die mij een paar minuten eerder nog hadden verhinderd om gemakkelijk te lezen, nu veel verder zagen dan wat mijn menselijke zintuigen konden bevatten. Ik deed mijn bril af en heb hem nooit meer nodig gehad. Mijn zenuwen, die mijn geluk en denkvermogen hadden verstoord, hoorden het bevel "Vrede, wees stil" en gehoorzaamden. De tuberculose, met alle klachten van dien, was verdwenen in het niets, waar het thuishoorde. Dit alles was me meteen duidelijk, maar op dat moment dacht ik niet aan mijn oor – ik wist alleen dat het geen pijn meer deed. Toen ik die nacht wilde weten hoe laat het was en me afvroeg of mijn horloge nog liep, hield ik het aan mijn linkeroor in plaats van aan mijn rechter. Ik had nooit duidelijk kunnen horen met mijn linkeroor – en hoe groot was mijn verbazing toen ik voor het eerst in mijn leven het tikken van mijn horloge hoorde met dat oor, waarvan men had voorspeld dat het voorgoed doof zou zijn. Het trommelvlies en de gehoorbeentjes waren verwijderd en de gehoorgang was er nog, maar God heeft deze stoffelijke onderdelen niet nodig om Zijn kind volmaakt te maken.
Omdat de arts mijn geval eerder als tuberculose had aangemerkt, had ik een gezondheidsverklaring nodig om weer als lerares aan de slag te kunnen. Binnen twee weken na de hierboven beschreven ervaring had ik twee verklaringen van de beste artsen, waarin stond dat ik in perfecte gezondheid verkeerde.
Dit was het begin van mijn ervaring met Christian Science. Het is nu anderhalf jaar geleden dat ik God vond en elke dag heeft een herhaling gebracht van de zegeningen die ik toen ervaaarde. Ik ben dankbaar voor de lichamelijke genezing, maar de vrede en vreugde die in mijn leven zijn gekomen – en daar elke dag zijn – maken mij zo dankbaar, zo gelukkig, dat ik het niet kan uitdrukken. Ik ben dankbaar voor Mary Baker Eddy, die helder genoeg was om ons de weg te tonen, om ons te bewijzen dat Christus Jezus niet slechts een mooi voorbeeld is om te bewonderen zonder het te volgen, maar dat zijn leer praktisch is en dat wat Hij heeft gedaan ook voor ons mogelijk is. Ik ben dankbaar om te weten dat niets er werkelijk toe doet behalve de kennis van Waarheid en de liefde van God die in alle mensen wordt weerspiegeld.
Anna S. van Leeuwen, Washington, D. C.