In de 19e eeuw was het in de mode om wijsheid te zoeken bij overledenen. Mensen gingen naar een medium voor een seance, waarvan zij geloofden dat de geest van een overleden persoon kon worden opgeroepen om met hen te communiceren en hun advies te geven.
Dit was geen nieuw fenomeen. In de Bijbel staan een aantal verwijzingen naar deze praktijk, zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament. In 1 Samuel 28 vinden we het verhaal van koning Saul van Israël die in Endor een vrouw raadpleegde die “geesten van doden” kon bezweren en haar vroeg de overleden profeet Samuel op te roepen voor raad. Deze daad van Saul om een medium om hulp te vragen in plaats van God, pakte niet goed voor hem uit en Israël leed daaronder. Paulus daarentegen genas op gezag van Christus Jezus een jonge vrouw, die werd gezien als waarzegster, van haar “waarzeggende geest” (zie Handelingen 16:16–18).
In de huidige tijd van wetenschap en rede lijken spiritisme en waarzeggerij misschien onschuldige bijgelovige onzin. De advertenties voor handlezers en horoscoopvoorspellingen lijken misschien een leuk tijdverdrijf aan te bieden, maar rondscharrelen in het occultisme kan ons verraderlijk in de val lokken en laten geloven in de werking ervan om ons leven en zelfs onze gezondheid te beïnvloeden.
Toen ons hele gezin een keer bij elkaar was gekomen voor Kerstmis, zag ik het belang in van het ontmaskeren van de subtiele werking van spiritisme. We hadden besloten dat het leuk zou zijn om samen een film te gaan kijken, maar waren het niet eens over welke film en wanneer. Ik bevond me midden in een verhitte discussie en probeerde overeenstemming te bereiken in de hoop iedereen tevreden te stellen en een geest van liefde te behouden tijdens dit zogenaamd leuke uitje.
Toen we eindelijk bij de bioscoop aankwamen, voelde ik me verschrikkelijk ziek en had erge hoofdpijn. Omdat ik er niet zeker van was of ik op dat moment wel naar binnen kon gaan, stapte ik uit de rij om te bidden. Terwijl ik oprecht naar God luisterde voor een genezende boodschap, hoorde ik: “Behandel spiritisme." Ik begreep dat "behandel" betekende dat ik spiritisme moest ontmaskeren, de machteloosheid inzien van een geloof in mediums, channeling of iets anders te raadplegen dan God of Leven.
Op dat moment zag ik gelijk in dat wanneer ik mezelf toestond om de positie van bemiddelaar, stootkussen of tussenpersoon voor de gezinsdynamiek op me te nemen, ik als het ware een elektrische pijpleiding was. De pijn die ik ondervond, was de mentale pressie om te proberen Gods werk te doen: te zorgen voor en rechtstreeks te communiceren met elk van Haar kinderen.
Een verklaring uit het Christian Science leerboek Wetenschap en Gezondheid met Sleutel tot de Heilige Schrift van Mary Baker Eddy, hielp me deze positie weer aan God over te laten: “In de gemeenschap tussen God en de mens gaan de gedachten altijd van God uit naar Zijn idee, de mens” (blz. 284). Op dat moment kon ik gerustgesteld en nederig uit de goed bedoelde rol van medium stappen en gelijk stopte alle pijn. Ik ging weer in de rij staan en genoot van de film met mijn gezin.
Later vond ik de volgende passage in het leerboek, die mijn genezing beter uitlegde: “Er is minder bewijsmateriaal om aan te tonen, dat er onderlinge gedachtenwisseling tussen de zogenaamde doden en de levenden bestaat, dan om de zieken te laten zien, dat de stof lijdt en gevoel heeft; en toch wordt dit laatste bewijsmateriaal door de Wetenschap van Gemoed tenietgedaan. Als de Spiritisten de Wetenschap van het zijn begrepen, zouden zij niet langer aan mediums kunnen geloven” (blz. 81).
De meest voorkomende vorm van spiritisme is misschien wel een persoon te zien als bron of medium van het goede. Maar wat ook beweert een medium te zijn of een medium te raadplegen over wat we moeten doen of laten om antwoorden te krijgen, is een vorm van spiritisme. Het idee dat we door een tijdsproces heen moeten gaan om te genezen, is bijvoorbeeld een vorm van spiritisme. Het weerhoudt ons ervan de directheid van de volmaakte en onfeilbare zorg van God te aanvaarden – de communicatie die altijd uitgaat “van God naar Zijn idee, de mens.”
Als we de waarheid uit 1 Johannes 3:2 aanvaarden: “Geliefden, nu zijn wij kinderen van God . . .” – ontmaskeren we het medium van tijd en weerleggen de leugen, die ontkent dat de volmaaktheid van God en de mens nu aanwezig is. Omdat we nu volmaakt zijn, kunnen we dit feit nu ervaren. We kunnen ophouden tot volmaaktheid proberen te komen via een medium dat tijd wordt genoemd, waarvan zelfs veel natuurkundigen zeggen, dat het geen vaststaand feit is, maar een stoffelijke waarneming en we kunnen het tijdloze, altijd aanwezige nu van het koninkrijk der hemelen in praktijk brengen.
Ook menselijke instellingen of vormen van bestuur: sociaal, civiel, politiek of kerkelijk, kunnen een subtiel medium zijn. Als we op een of andere organisatie steunen als medium voor ons welzijn en niet volledig op God steunen, dan zullen we wellicht ontdekken dat dit kanaal geblokkeerd, verstoord, ontoereikend kan zijn of de pijplijn is voor iets onaangenaams of verkeerds. Als we naar een menselijke instelling kijken of enig andere eindige organisatie als de bron van juist bestuur of onze voorziening, maakt dat ons kwetsbaar voor de inherente aard van eindigheid. Organisaties en overheden worstelen vaak met problemen, zoals corruptie en beperkte middelen.
Maar ons tot God wenden, is naar het oneindige kijken. De Bijbel illustreert het effect van wanneer wij ons rechtstreeks tot God wenden voor antwoorden op problemen met gezondheid, levensonderhoud en bescherming. In het Oude Testament staat het verslag over Mozes, die de kinderen van Israël door de Rode Zee leidde en zich tot God wendde voor hun levensonderhoud op weg naar het Beloofde Land. En de belangrijkste boodschap van Christus Jezus in de vier evangeliën was, dat het koninkrijk der hemelen, of de goddelijke regering nabij is en aanwezig in ieder van ons en direct toegankelijk is. Jezus demonstreerde dit door allerlei ziekten te genezen, menigten te voeden en doden op te wekken. Wetenschap en Gezondheid verzekert ons: "Ziel heeft onuitputtelijke hulpbronnen om de mensheid mee te zegenen en geluk zou spoediger worden verkregen en een zekerder bezit zijn, wanneer het in Ziel werd gezocht” (blz. 60).
Het is dus noodzakelijk om spiritisme te behandelen, maar het is niet ingewikkeld. We kunnen de aanspraken van mediums in hun hedendaagse herhalingen onderscheiden en ontmaskeren en de bevrijdende kracht ervaren van onze rechtmatige relatie met God als de enige almachtige oorzaak. We kunnen worden verlost van de last en het lijden van een medium te zijn of er iets goeds van te verwachten; van de frustratie om onderworpen te zijn aan de mediums van de stof, tijd of ruimte; en van de hulpeloosheid onderworpen te zijn aan ontoereikende, eindige bestuursvormen.
Zoals Paulus over God verklaart: “Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid, tot in eeuwigheid. Amen” (Romeinen 11:36). Er bestaan geen processen, geen hiaten, geen verduisteringen, geen vertragingen, geen lasten van mediumschap in Gods oneindig zelfbestuur; en naar de mate dat we ons dit realiseren, vinden we sneller genezende antwoorden.