Toen ik het kantoor van mijn advocaat bezocht, vertelde hij mij, dat de uitkomst van mijn zaak afhing van de mij toegewezen rechter. Het persoonlijke vooroordeel van de rechter zou mijn zaak of ondermijnen of helpen. Maar terwijl hij dat zei, schoof een geestelijk intuïtie zijn mening resoluut terzijde met overtuiging en gezag. Ik hoorde door de geestelijke zin bijna net zo duidelijk alsof het door iemand die aanwezig was, werd gesproken: “Er is een hogere wet!”
Velen van ons hebben problemen ondervonden die ons vertrouwen in rechtvaardigheid uitdagen. Door mijn zeer bescheiden ervaring ontdekte ik, dat gerechtigheid voortkomt uit het erkennen en toepassen van de hogere geestelijke wet, Gods alomtegenwoordige wet van harmonie, op onze situatie. Dan vinden we uit, dat geen enkele persoon of omstandigheid gerechtigheid kan dwarsbomen, omdat wij begrijpen, dat alle macht aan God, het goede toebehoort. In feite zijn rechtvaardigheid en genade kenmerken van God.
Gedurende de daaropvolgende maanden, ontvouwden zich vier essentiële, leidinggevende ideeën in mijn gedachte, voortkomende uit de initiële bemoedigende boodschap dat Gods wet, de hogere wet is – en in werkelijkheid de enige wet. Ten eerste erkende ik dat deze intuïtie “de stille zachte stem” was van God, de goddelijke Waarheid, die mij verzekerde dat Hij van mij hield en dat rechtvaardigheid zou zegevieren, ongeacht welke rechter toezicht hield op mijn zaak. Waarom? Omdat Christian Science leert, dat God, het oneindig goede, de enige autoriteit is die de leiding heeft en Zijn wetten iedereen onpartijdig, rechtvaardig en wijs besturen en zegenen. De Bijbel bevat veel voorbeelden hiervan, zoals de wijsheid van Salomon, die de goddelijke rechtvaardigheid in actie duidelijk maakt. Gods wet van gerechtigheid, die alles bestuurt en elke poging van de dwaling om het goede te saboteren terzijde schuift, noodzaakt en ondersteunt eerlijkheid, rechtvaardigheid en redelijkheid. Zoals wij in Psalmen lezen: “Gerechtigheid en recht zijn het fundament van Uw troon, goedertierenheid en trouw gaan voor Uw aangezicht uit” (89:15).
Iedereen heeft het vermogen Gods stem te horen en te gehoorzamen. Maar op het menselijke vlak doet niet iedereen dat. Dus het volgende idee dat mij leidde en ik begon te begrijpen, was de noodzaak specifiek te bidden om elke claim van oppositie tegen een rechtvaardige en eerlijke uitkomst voor alle betrokkenen tegen te spreken en er tegenin te gaan, net zoals die geestelijke boodschap die ik had gehoord, de verklaring van mijn advocaat tegensprak. Ik werd mij er acuut van bewust dat een verkeerde voorstelling van zaken, bedrog en listigheid, indien niet blootgelegd en gecorrigeerd, het rechtssysteem zouden ondermijnen. Zoals mijn advocaat zei, het persoonlijk vooroordeel van een rechter kan de schaal van justitie doen doorslaan. Maar elk geschil of onrechtvaardige situatie kan in gebed worden bestreden en erkend als zijnde onder het bestuur van de hogere, geestelijke wet van Waarheid, die altijd werkzaam is. Deze wet vernietigd sterfelijke zogenaamde wetten en meningen. De goddelijke wet is het licht van Waarheid dat helder schijnt en bedrog, oneerlijkheid en listigheid teniet doet. Omdat God alleen maar het goede kent, ontmaskeren en vernietigen Zijn altijd werkzame wetten de dwaling.
Het derde idee dat mij leidde, was met overtuiging te weten, dat ik Gods wet kon vertrouwen om de gedachten en beweegredenen van alle betrokkenen rechtmatig te besturen. Ik moest ieder individu zien als een gehoorzaam kind van God. Gehoorzaamheid aan Gods wet van het goede verstrekt geestelijke macht, zuivert de gedachte en reinigt de beweegredenen. Gehoorzaamheid vergeestelijkt het bewustzijn en maakt ons vrij om goed te zijn en goed te doen.
Dit leidde mij tot het indrukwekkende besef dat er maar één kant is waaraan ik kan staan, die van God. En ik zag in dat wij allen de wet van God konden vertrouwen, die rechtvaardigheid voor iedereen voorschrijft. De goddelijke wet van intelligent en zelfloos de juiste dingen op de juiste tijd doen, bestuurt de mens. Deze waarheid aanvaarden en te leven zo goed als we kunnen, helpt ons de vaak vastgeroeste sterfelijke kijk van “ons tegen hen” te overwinnen. Dan smelten koppigheid en onbuigzaamheid weg en een oprecht verlangen om het juiste te doen, zegeviert.
Eerlijk gezegd, deze verandering van inzicht was aanvankelijk een worsteling, maar het voelde goed om te vergeven en in mijn gebed liefdevol allen te omarmen aan beide kanten van de rechtszaak. Tenslotte kent God geen conflict: Hij weet dat Zijn kinderen in broederlijke liefde verblijven. Wanneer wij in het liefdevolle en wijze bestuur van God over ons allen vertrouwen, zwicht de menselijke wil voor “Uw wil geschiedde,” en de geest van goede wil wint het van elke kwade wil.
Tot slot werd mijn hoop op een rechtvaardige uitkomst die allen zegent, versterkt door deze verklaring van Mary Baker Eddy: “Deze Wetenschap is een wet van het goddelijk Gemoed, een overtuigende invloed, een onfeilbare drijfveer, een altijd aanwezige hulp. Haar aanwezigheid wordt gevoeld, want deze werkt en werkt met wijsheid, ontvouwt altijd de hoge weg van hoop, geloof, begrijpen” (The First Church of Christ, Scientist, and Miscellany, blz. 3).
Geen onrechtvaardigheid is mogelijk wanneer wij begrijpen dat het goede, dat geestelijk is, altijd tegenwoordig is en dat een ieder altijd heeft wat nodig is. De olie van dankbaarheid en liefde verspreidt over problemen, die knelpunten lijken te zijn, kan de gedachte in nieuwe richtingen verplaatsen en tot inspirerende oplossingen leiden. Dan ontdekken wij samen in nederigheid het rechtvaardige besluit van God.
Onze omstandigheden zijn niet buiten het bereik van het bestuur van Gods alheid en oppermacht. Zijn wet van rechtvaardigheid openbaart harmonie, waar we ook zijn. De macht en het overwicht van de goddelijke wet over louter stoffelijke wetten en menselijke opvattingen is een bewijsbare waarheid: “Gods wet bereikt en vernietigt het kwacd krachtens de alheid Gods … Gods wet is in drie woorden: ‘Ik ben Alles;’ en deze volmaakte wet is immer tegenwoordig om iedere aanspraak van een andere wet terug te wijzen” (Mary Baker Eddy, Neen en Ja, blz. 30).
Op de dag van de hoorzitting was ik boordevol vreugde en liefde voor alle betrokkenen! Een rechtvaardig besluit – waarop ik mij met inspiratie had voorbereid – werd overeengekomen tot tevredenheid van allen. Wanneer wij ons met een geschil of onrechtvaardigheid geconfronteerd zien, kunnen wij vertrouwen op de hogere wet van God, die eerlijk bestuurt en gerechtigheid voor allen garandeert.