In de Bijbel zegt Christus Jezus tegen een man die het eeuwige leven zoekt: “ga heen, verkoop alles wat u hebt en geef het aan de armen en u zult een schat hebben in de hemel” (Markus 10:21). Ik dacht altijd dat dit vers ging over een vereiste opoffering, maar nadat meerdere dierbaren van mij heengegaan zijn, werden deze woorden een geschenk dat mij heeft geholpen het eeuwige leven te begrijpen.
Als wij denken aan het verliezen van degenen die ons dierbaar zijn en alle vreugde, wijsheid en troost die zij delen, kan dat ons bang en verdrietig maken. Maar troost hopen te vinden in fysiek leven – in ons aardse huis met bezittingen, of in ons lichaam – is tevergeefs.
De woorden van Jezus kwamen mij weer in gedachten als aanmoediging om mijn leven te vullen met geestelijke en onwankelbare eigenschappen van familie, vrienden, thuis en troost, want die blijven bij ons op onze eeuwige reis.
Stel dat je een koffer moet inpakken voor een internationale reis, dan zou je die willen vullen met benodigdheden en voorwerpen, die zonder moeite door de veiligheidscontrole en douane heenkomen en niet met iets dat een zorgeloze trip zou kunnen belemmeren. Bij het verstandig inpakken van onze eeuwige “koffer” offeren wij geen ruimte op voor wereldse eigendommen, maar besluiten alle ruimte te vullen met wat werkelijk en eeuwig is en nemen alleen datgene mee wat onaangetast is door stoffelijke beperkingen – wat altijd, waar we ook zijn, bij ons blijft.
Aardse schatten (Matth. 19, 20) zijn breekbaar en vergaan. Maar hemelse schatten zijn bestendig en kunnen nooit van ons afgenomen worden. Door ons besluit op God te vertrouwen voor troost, vrede en veiligheid, kunnen wij deze schatten niet verliezen, evenals wij of onze dierbaren niet kunnen worden gescheiden van Gods allesomvattende liefde en vrijheid.
Paulus zei, dat “noch dood, noch leven, … noch tegenwoordige, noch toekomstige dingen, noch hoogte, noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde van God in Christus Jezus, onze Heere” (Romeinen 8:38, 39). Wat een prachtige belofte!
Elizabeth Brooks