Genezing is onvermijdelijk. Door mijn studie en toepassing van Christian Science heb ik uit eerste hand ervaren, dat genezing zoals Jezus leerde tegenwoordig nog steeds mogelijk is. En nu begrijp ik dat genezing door Christian Science niet alleen mogelijk is, maar zelfs onvermijdelijk. Ik weet dat dit radicaal klinkt, maar het is waar. Een man met de naam James Rome gaf mij mijn eerste vluchtige blik op dit feit en daarna heeft een boek mij de geldigheid hiervan leren begrijpen en omarmen als een eeuwige en ware belofte.
James Rome was begin 1906 een nachtwaker gedurende de bouwwerkzaamheden van de uitbreiding van De Moederkerk, The First Church of Christ, Scientist, in Boston. Tijdens deze periode heeft hij veel moeilijke problemen met het werk meegemaakt, die de geplande opening behoorlijk dreigden te vertragen. Toch werd ieder obstakel overwonnen en ging de bouw gestaag door. Nadat het gebouw op tijd was opgeleverd, stuurde de heer Rome een brief naar Mary Baker Eddy, waarin hij over zijn observaties gedurende de bouw berichtte:
“Het was inderdaad bijzonder interessant de transformatie te zien en de lessen die ik heb geleerd over de macht van het goddelijk Gemoed om menselijke obstakels te verwijderen, waren zeer waardevol …
“Een bepaald aspect van het werk wekte mijn belangstelling. Ik merkte op dat zodra de werklui begonnen toe te geven dat het werk kon worden gedaan, alles op wonderbaarlijke wijze in beweging leek te komen; het menselijk gemoed gaf toestemming. Dit leerde mij dat ik bereid moest zijn om God het werk te laten doen” (The First Church of Christ, Scientist, and Miscellany, blz. 61).
“Het menselijk gemoed gaf toestemming”- deze zin trok als eerste mijn aandacht en voerde me op een jarenlange ontdekkingsreis, welke tot de onmiskenbare conclusie leidde dat genezing onvermijdelijk is. Deze conclusie, inmiddels al zo vaak bewezen en aangetoond in mijn ervaringen, is een grondsteen en bolwerk geworden van mijn voortgaande Christian Science praktijk.
Gedurende een aantal jaren overpeinsde ik verder wat James Rome had gemeld, ik keerde er telkens naar terug tijdens de verdiepingsslag in mijn studie en het groeiproces van mijn praktijk. Wat ik ontdekte was boeiend. Ik kwam erachter dat bij alle genezingen waarvan ik getuige was, die van mijzelf en van anderen, er een punt kwam wanneer de persoon het opgaf te vechten met het probleem en het gewoon van zich afzette – een tijdstip waarop het probleem niet langer in het middelpunt van de aandacht stond. Er zou een moment komen van complete overgave, van bereid zijn om “God het werk te laten doen.”
Door deze verschuiving van een egocentrische focus kreeg het individu ruimte om zijn aandacht volledig op God, Geest, te richten en duidelijker te gaan zien vanuit een geestelijk perspectief. Vaak gebeurde dit tijdens een moment van totale wanhoop en ontmoediging als al het andere had gefaald. En het resultaat was genezing.
Het menselijk gemoed gaf zijn toestemming aan de leiding van het goddelijk Gemoed, God, en toen werd de volmaaktheid van het goddelijk Gemoed duidelijk zichtbaar. De oorspronkelijke volmaaktheid van de schepping van God, zoals beschreven in het eerste hoofdstuk van Genesis, werd begrepen en alles was goed.
Dit moment kon niet worden geforceerd of voorgewend. In feite werd het vaak pas achteraf duidelijk wanneer bij het terugkijken op een ervaring van genezing kon worden ingezien, dat er een moment was geweest dat het menselijk gemoed werd opgegeven voor het goddelijk Gemoed.
Ik kwam tot het inzicht dat het individu dat genezing nodig lijkt te hebben, feitelijk een gelegenheid krijgt om te kiezen “of men door het menselijk gemoed of door het goddelijk Gemoed wordt beïnvloed” (Mary Baker Eddy, Wetenschap en Gezondheid met Sleutel tot de Heilige Schrift, blz. 83). Bij elk geval waar genezing nodig was, moest er een tijd van complete overgave komen. Toen ik dit eenmaal besefte, kon het gemakkelijk in praktijk worden gebracht.
Als ik bijvoorbeeld zelf degene was die genezing nodig had, maakte ik meteen een bewust besluit om mijn menselijke, tegenstrijdige, op de stof gebaseerde kijk op dingen gewillig op te geven voor de harmonieuze, geestelijke visie van het goddelijk Gemoed .Ik deelde deze aanpak met anderen en keek toe als de verschuiving van het menselijk zelfzuchtig denken naar de goddellijk geïnspireerde leiding plaatsvond. Genezing was het resultaat.
En er is meer. Er kwam een tijd waarin ik een reeks pijntjes en kwalen bestreed die mijn mobiliteit hadden aangetast en mij belemmerde in mijn normale activiteiten. Ik zeg ‘bestreed’ omdat ik gedurende deze maanden, zelfs tijdens momenten van ontmoediging, overtuigd was van de effectiviteit van Christian Science om mijn gezondheid en harmonie te herstellen. Ik twijfelde er geen moment aan dat het goddelijk Gemoed dit probleem kon en zou overwinnen. Bemoedigd en gesteund door mijn eerdere genezingen die ik had ervaren door gebed, redeneerde ik logisch dat dit probleem ook zou worden genezen. In kort, ik wist dat: “bij God alle dingen mogelijk zijn” (Mattheüs 19:26) en zoals Mary Baker Eddy schrijft: “De macht van Christian Science en van de goddelijke Liefde is alvermogend. Zij vermag inderdaad de boeien te verbreken en ziekte, zonde en dood te vernietigen” (Wetenschap en Gezondheid, blz. 412).
Terwijl ik voor mijzelf bad, moest ik aan mijn vriend James Rome denken en werd ertoe geleid om het boek waarin zijn bovengenoemde citaat staat opnieuw te lezen (Joseph Armstrong en Margaret Williamson, Building of The Mothter Church). Ik had het al meerdere keren gelezen en altijd inspirerend gevonden. Maar deze keer werd ik er uitermate door geboeid en was diep onder de indruk van de onzelfzuchtige toewijding van de betrokken personen en stelde me voor dat ik in hun voetstappen trad.
In antwoord op een dringende behoefte aan een gebouw dat groot genoeg was om plaats te bieden aan het groeiend aantal bezoekers die naar de genezende diensten van De Moederkerk stroomden, stelde Mary Baker Eddy een ambitieuze tijdlijn vast, die volgens haar, hoewel uitdagend, haalbaar zou zijn. Hoe zou het voor iemand zijn geweest om zijn onderneming of familieverantwoordelijkheden voor een tijd opzij te zetten en zich helemaal toe te wijden aan de uitvoering van haar visie? James Rome was slechts een van de vele toegewijde kerkleden die deze uitdaging aangingen. Zij waren standvastig, zo moedig en zo nederig! Van dit inspirerend voorbeeld kon veel worden geleerd. En leren deed ik.
In dit boek vond ik een hoogst belangrijke boodschap, een “parel van grote waarde”: Wanneer iemand bidt zoals Christian Science leert, is genezing onvermijdelijk. Er kwamen ontelbare problemen tevoorschijn toen de werkers destijds probeerden aan de verwachtingen van Mary Baker Eddy voor haar kerk te voldoen. Telkens weer tijdens de bouw van de oorspronkelijke kerk en daarna van de uitbreiding, moesten degenen die de leiding hadden een keuze maken: voortgaan met hun menselijke plannen – onderhandelen over contracten, bemiddelen tussen werkers en eigenaren van ondernemingen – of al dit gedoe en manoeuvreren loslaten en aan het goddelijk Gemoed overdragen om de voortgang te besturen. En telkens wanneer zij bereid waren los te laten – zodra het menselijk gemoed toestemming gaf – vorderde het werk gestaag. In de woorden van James Rome, “leek alles op wonderbaarlijke wijze in beweging te komen.”
Terugkijkend is er één verhaal in het bijzonder dat samenvat wat ik leerde van deze vroege Christian Scientisten. In oktober 1894 gedurende de bouw van de oorspronkelijke Moederkerk, waarvan Mary Baker Eddy verwachtte dat hij tegen het einde van dat jaar voltooid zou zijn, gaven prognoses van de aannemers aan dat de werkzaamheden zes maanden langer zouden duren. Toen werd op 6 november het dakloze gebouw ook nog gevuld met sneeuw door een ongebruikelijk vroege sneeuwval. Joseph Armstrong schreef, “… geconfronteerd met deze angstaanjagende reeks van stoffelijke feiten gingen de Directeuren met onwankelbaar vertrouwen in de alomtegenwoordige macht van God voort.” De kerk werd voltooid en de openingsdienst werd gehouden, zoals gepland, op 6 januari 1895. “Het was een overwinning voor Christian Science, een overwinning waarbij elke aanspraak van dwaling werd tegemoet getreden en overwonnen” (Joseph Armstrong, Building of The Mother Church, blz. 27 en 93).
Dit voorbeeld van geloof en vertrouwen van deze werkers greep me aan en groeide in mijn hart, en de genezing van mijn lichaam volgde. Op een dag voelde ik gewoon de drang om te gaan wandelen voordat mijn volgende afspraak plaatsvond. Zonder verdere gedachten trok ik mijn jas aan en ging de deur uit – vanzelfsprekend en normaal. En toen ik de laatste hoek omging, besefte ik opeens: Ik liep, vrij! Ik was genezen. Nadat ik weken en maanden geïnspireerd werd door het voorbeeld van deze nederige Christian Scientisten van vroeger, was ook ik bereid geweest om een menselijk besef van dingen op te geven voor de goddelijke, geestelijke visie. En toen ik dat deed, was ik blijvend genezen.
Zodoende leerde ik dat genezing door Christian Science onvermijdelijk is. Wanneer het menselijk gemoed toestemming geeft – wanneer het een beperkte sterfelijke kijk opgeeft voor de goddelijke – heerst er harmonie. En dit is waar, ongeacht de menselijke situatie en het menselijke tijdsbestek. Omdat het menselijk gemoed geen werkelijke macht heeft, moet het uiteindelijk wijken voor de enige macht die er is – het goddelijk Gemoed. Dan zijn gezondheid en harmonie onvermijdelijk. Dit fundamentele feit geldt voor iedereen: Christian Science geneest – het is onvermijdelijk.