Skip to main content Skip to search Skip to header Skip to footer

Onze christelijkheid laten schijnen

De Christian Science Heraut - 16 Juni 2022


Het is de plicht van het Perscomité onware voorstellingen over Christian Science, aan het publiek voorgelegd, en onrecht Mary Baker Eddy of leden van deze Kerk aangedaan in dagbladen, tijdschriften of verspreide literatuur van iedere aard op christelijke wijze recht te zetten.

— Mary Bakker Eddy (zie Kerkhandleiding, Art. XXXIII, Par. 2)


De christelijkheid van Christian Science is vaak levensecht voor degenen, die de genezende macht van Christus door studie en toepassing van zijn leringen hebben ervaren of van dichtbij hebben meegemaakt. De centrale plaats van de Bijbel in het leven van Christian Scientisten, vloeit op natuurlijke wijze voort uit hun nederige erkenning van de betekenis van het leven en de leer van Christus Jezus als de Zoon van God en de weg naar verlossing. Maar als de christelijkheid van Christian Science in het openbaar wordt vernederd of ontkent, zien Perscomités een gelegenheid om deze onware voorstellingen aan het publiek op een christelijke wijze recht te zetten, zodat iets van het ware licht van Christus kan worden erkend door degenen die hun hart hiervoor openen.

Een onlangs verschenen boek To Baptize or Not to Baptize [Dopen of niet dopen] van de Lutherse predikant en auteur van verscheidene andere boeken en meer dan 200 artikelen, bevat een scenario, waarbij een echtpaar zoekende is om hun baby te laten dopen. De moeder heeft een Christian Science achtergrond en hoe kort het verhaal ook is, het bevat meerdere substantieel onware voorstellingen aan het publiek over Christian Science, inclusief de verklaring: “Ondanks zijn naam is The Church of Christ, Scientist geen christelijke kerk.” Wat volgt, is dat het Perscomité de schrijver van dit boek een brief stuurde, wat resulteerde in een vriendelijk en bedachtzaam antwoord van de schrijver met de erkenning van de waarde van Christus’ zegeningen, zoals die in de brief waren vermeld.

Brief aan een auteur die Luthers predikant is

Ik schrijf u in reactie op uw prachtig en bedachtzaam geschreven boek: To Baptize or Not to Baptize. Ik ben geïnspireerd door de diepte van uw toewijding en de helderheid van uw getuigenis over de Christus. Het boek verdiepte mijn waardering voor de doop zoals traditioneel uitgeoefend in orthodox christelijke kerken. De volgende zinnen spraken mij in het bijzonder aan: “God is overdadig in het geven van gratie. Maar God geeft dit niet willekeurig of onbestemd.” Het gevoel dat Gods liefde voor ieder van ons een doelgerichte bedoeling heeft, is zeker krachtig! Tegelijkertijd wil ik een ander perspectief op Christian Science bieden dan in uw geval wordt weergegeven betreffende een bekeerling van de Church of Christ, Scientist.

Ik ben een levenslange Christian Scientist en ben in leven om dit te schrijven vanwege de geestelijke genezing van mijn grootmoeder van moederszijde. Door de hulp van een Christian Science practitioner genas zij van hersenvliesontsteking, die de professionele medici ongeneeslijk hadden verklaard. Mijn overgrootouders wendden zich als laatste redmiddel tot Christian Science. Isabel, mijn grootmoeder, was een tiener toen deze diepchristelijke zegening plaatsvond en zij is later getrouwd en gaf geboorte aan mijn moeder en vier andere gezonde kinderen.

Christian Scientisten geloven in de eerste plaats in een soevereine God die oneindige, goddelijke Liefde is en in de mens, gemaakt naar Gods beeld en gelijkenis. Een recent gepubliceerd document verklaart: “Eenvoud in aanbidding, gelijkheid in de samenleving en de diepgaande Puriteinse nadruk op innerlijke schoonheid boven uiterlijke vormen, zitten in ons geestelijk DNA” (antwoord van de Christian Science Raad van Directeuren aan de Wereldraad van Kerken gevonden in Churches Respond to “The Church: Towards a Common Vision” Vol. 2, blz. 83). Wij begrijpen dat Jezus Christus de Zoon van God is, die naar de aarde kwam om te genezen en de mensheid te redden. Zijn leven – inclusief het genezen van ziektes en invaliditeit en het overwinnen van de dood op basis van puur geestelijke middelen, tezamen met zijn leer, zoals verwoord in het Nieuwe Testament, wordt beschouwd als onze gids voor het leven en het uitwerken van verlossing.

Het symbool van onze officiële kerkliteratuur, het kruis en kroon embleem, verwijst naar het gedeelde fundament van al het christelijk geloof – de kruisiging, opstanding en hemelvaart van Jezus Christus, die wij als feitelijke, historische gebeurtenissen beschouwen. Door het Bijbelse verslag van de Heilige Geest te aanvaarden als de oorzaak van de zwangerschap van de maagd Maria, zien wij de goddelijke oorsprong van Jezus en het leven dat daarop volgde, als uniek in de gehele menselijke geschiedenis. Zoals een oud-collega in een Patheos artikel schreef: Volgens Mary Baker Eddy, de Grondlegster van Christian Science was Jezus antwoord op de sterfelijke situatie niet een dogma, maar een leven. Zij zag het leven van Jezus – niet in de laatste plaats zijn opstanding en genezende werken – als een uitdaging voor de kern van het materialisme dat zoveel van menselijke ervaringen definieert en beperkt.”

Christian Scientisten hebben gedurende de afgelopen halve eeuw veel profijt gehad van oecumenische samenkomsten met christenen van wijdverbreide tradities. Terwijl Christian Science een duidelijk pad van gerichte geestelijkheid baant, dat zonder twijfel in sommige leerstellingen verschilt van de christelijke orthodoxie, geloof ik dat er een breder draagvlak van gedeelde toewijding aan christelijke fundamenten is dan tot nu toe misschien algemeen kan worden begrepen, inclusief de aard van Bijbels geloof, zonde en genade, de geestelijke ervaring van de doop en vooral de verlossende missie van de kerk in de wereld. 

Een bijzonder zinvolle en vruchtbare oecumenische dialoog vond plaats tussen The First Church of Christ, Scientist en ds. Dr. Michael Kinnamon, die als secretaris-generaal van de Nationale Raad van Kerken fungeerde. “Als secretaris generaal van het NRK nodigde ik Christian Science uit om vertegenwoordigers te sturen als volwaardige leden in de commissie van de Raad, omdat ik ervan overtuigd ben dat uw gemeenschap een gewaardeerd deel van het ene lichaam van Christus is – een standpunt dat onlangs door anderen is overgenomen, met inbegrip van de Nationale Raad van Gereformeerde Kerken in Frankrijk,” merkte ds. Dr. Kinnamon op. “Vandaag is het de vijfde keer dat ik [vertegenwoordigers van] Christian Science heb ontmoet, niet omdat ik het met u en Mary Baker Eddy over alle dingen eens ben, maar omdat ik in u de genade van God zie.” De volledige opmerkingen van ds. Dr. Kinnamon over Christian Science zijn gepubliceerd in Ecumenical Trends (Vol. 41, Nr. 10, november 2012).

Wat hier volgens mij het belangrijkste is om over te brengen, is de grote afstand tussen de theologie en praktijk van Christian Science en Manicheïsme of Gnosticisme. Het is tevens niet correct om te zeggen dat Christian Science ontstond onder de noemer van New Thought [Nieuwe Gedachte], die de nadruk legt op “geest over materie.” Deze beweringen vereisen enige uitleg. 

Het dualisme van het Manicheïsme en Gnosticisme – dat beweert dat er twee scheppingen zijn: God die de geestelijke werkelijkheid heeft geschapen en een kwade tegenovergestelde of mindere godheid die het stoffelijk universum heeft gemaakt – wordt compleet anders gezien in de theologie van Christian Science, die een uniforme kijk op God, Geest heeft als de soevereine, enkelvoudige bron van de enige, allesomvattende werkelijkheid. De enige Christian Science geschriften zijn het Oude en Nieuwe Testament van de Heilige Schrift. Het mysticisme en esoterisme zoals gevonden in het Manicheïsme en Gnosticisme vinden geen correlatie in Christian Science.

In The Emergence of Christian Science in American Religious Life, heeft Stephen Gottschalk beweerd dat “Christian Science het beste kan worden begrepen als een pragmatische interpretatie van christelijke openbaring.” Een gedeelte van de uitwerking van Gottschalk over dit punt houdt het volgende in: “In zijn fundamentele filosofische betekenis is pragmatisme een houding die erop staat, dat samenhangende theorie in praktijk moet worden gebracht, dat de betekenis van een idee gevonden wordt door het in praktijk te brengen en dat de waarheid van een idee getest moet worden door de werkelijke gevolgen van het geloof erin.” Christian Scientisten nemen de woorden van Jezus heel serieus: “Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie in Mij gelooft, zal de werken die Ik doe, ook doen” (Johannes 14:12).

Hoewel Christian Science en New Thought soms met elkaar zijn verweven, is er een krachtige bewijsbasis voor het afbakenen van deze bewegingen, die weliswaar in de beginjaren bij elkaar in de buurt kwamen, maar desondanks worden geïnspireerd door zulke fundamenteel verschillende geloofsovertuigingen en praktijken, dat ze theologisch onverenigbaar zijn. Kernpunten van Christian Science, zoals de essentiële noodzaak voor verlossing van het vlees, vertrouwen op goddelijke openbaring, het concept van vernieuwing door Jezus Christus, het elementaire onderscheid tussen God en mens en de focus op Bijbelse openbaring – in het bijzonder het leven en de leer van Jezus – zijn ver verwijderd van de kernpunten van New Thought. Bij grondig onderzoek blijken geen van deze theologische verschillen subtiel te zijn, zelfs niet wanneer oppervlakkige overeenkomsten in taalgebruik en geschiedenis anders suggereren. Christian Science was niet “de esoterische, theosofisch aangrenzende religie die de opkomende New Thought aanhangers wensten te vinden en zij zijn verder gegaan zich onafhankelijk te ontwikkelen; het was ook geen type van christelijkheid dat al bestond,” noteert Amy B. Voorhees in haar 2021 boek, A New Christian Identity: Christian Science Origins and Experience in American Culture (The University of North Carolina Press). “Telkens weer werden zulke beschrijvingen in de war gestuurd door Christian Science teksten en levens” (blz. 231).

Christian Science wordt maar al te vaak bestempeld als “geest over materie” of een benadering van positief denken voor van genezing. Deze typering mist in alle opzichten de werkelijke aard van een op de Bijbel gefundeerde geestelijke praktijk, die alles te maken heeft met het streven om getrouw Jezus’ beschrijving van leerlingschap in acht te nemen, zoals in Markus wordt verwoord: “En hen die geloofd zullen hebben, zullen deze tekenen volgen: … op zieken zullen zij de handen leggen en zij zullen gezond worden” (Markus 16:17-18). Deze benadering vereist dat we verder reiken dan de menselijke wil of louter optimisme om iets van het wonderbaarlijke licht en de macht van Christus te ontvangen. Het ontvangen van dit geestelijk licht – dat harten transformeert en het menselijk lichaam geneest – houdt een diepere toewijding in dan de oppervlakkigheid van positief denken zou kunnen doorgronden. Dat wil niet zeggen dat elke Christian Scientist consequent aan deze standaard heeft voldaan, maar zeldzame afdwalingen kunnen niet de plaats innemen van de geestelijke authenticiteit van talloze levens.

Als u mij wilt verontschuldigen dat ik nog even verder ga, ik wilde u ook enkele woorden meegeven over de betekenis en praktijk van doop in Christian Science. Ik heb met plezier over uw eigen ervaring gelezen en het steeds dieper begrip over de doop in “Still Life with Baptism ” en ik waardeerde de kernachtige aanhalingen van Martin Luther die daarin verweven zijn. Een van deze resoneerde in het bijzonder met mijn ervaring van de doop als een Christian Scientist: “Dus een christelijk leven is niets anders dan een dagelijkse doop, eens begonnen en voor altijd voortgaand.” Ik realiseer mij dat de woorden “eens begonnen” verwijzen naar een fysieke handeling waarbij water wordt gebruikt, maar de voortdurende, dagelijkse doop vindt stellig plaats in het privé heiligdom van ieders hart. 

Christian Scientisten verlangen ernaar om in overeenstemming met de woorden van Jezus te leven, zoals in Johannes staat: “Maar de tijd komt en is er nu, dat de ware aanbidders de Vader zullen aanbidden in geest en waarheid, want de Vader zoekt wie Hem zo aanbidden” (4:23). Voor ons is de doop niet een eenmalige gebeurtenis waarbij water wordt gebruikt, maar een zuivering van het hart en van het bewustzijn – een reiniging van zonde en zelfgenoegzaamheid om in verbinding met God te komen en dieper de heilige en transformerende invloed van Gods heiligheid en genade te voelen. Deze diepe innerlijke ontmoeting met Christus door zijn Woord is iets dat wij trachten te ervaren als een blijvend, essentieel bestanddeel van christelijk leven.

In de woorden van een van mijn favoriete christelijke schrijvers, Dietrich Bonhöffer: “Iedere ochtend geeft God ons de gave om opnieuw zijn trouw van weleer te begrijpen; zo kunnen wij midden in ons leven met God, dagelijks met Hem een nieuw leven beginnen.”

Als u tot hiertoe heeft gelezen, wil ik u oprecht bedanken dat u naar mij heeft willen luisteren!

Ik wens u alle zegen in Christus.

De missie van de Heraut

In 1903 stichtte Mary Baker Eddy De Christian Science Heraut, met het doel: “de universele werkzaamheid en beschikbaarheid van Waarheid te verkondigen” (My 353:14). De definitie van ‘heraut’ in een woordenboek: “voorloper – een boodschapper die vooruit is gestuurd om bekend te maken wat er gaat komen”, geeft een speciale betekenis aan de naam Heraut en wijst ons bovendien op onze plicht – de plicht van ieder van ons – om te zorgen dat onze Herauten hun taak vervullen, een taak die onafscheidelijk is van de Christus en werd aangekondigd door Jezus met de woorden: “Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan alle schepselen” (Markus 16:15).

Mary Sands Lee, Christian Science Sentinel, July 7, 1956

Lees meer over de Heraut en zijn missie.