Skip to main content Skip to search Skip to header Skip to footer

De Christus in mijn leven

De Christian Science Heraut - 11 februari 2016

Oorspronkelijk gepubliceerd in de 22 juni 2015 editie van de Christian Science Sentinel.

Dit artikel verscheen eerst in de Duitse Heraut van mei 2015, met de titel “The Christ: An everpresent influence.” Het is ook gepubliceerd in de Portugese, Spaanse en Franse edities van mei 2015.


Verleden jaar begon ik een studiejaar in het buitenland, aan een universiteit in München, Duitsland. Al direct in de eerste maand had ik veel mogelijkheden om meer over God te leren, in praktijk te brengen wat ik leerde en genezing te ervaren.

Op een ochtend, in de derde week na mijn aankomst, werd ik vroeg wakker en voelde me ontzettend eenzaam en had heimwee. Ik had me al heel vaak zo gevoeld en het kwam in golven – sommige dagen was ik echt gelukkig en dankbaar om in het buitenland te zijn, maar nog geen seconde later werd ik overweldigd door verdriet en eenzaamheid. Ik had veel gebeden sinds ik in Duitsland was, maar eerlijk gezegd geloof ik niet dat ik consequent geleefd had met mijn gebeden (zie Mary Baker Eddy, Wetenschap en Gezondheid met Sleutel tot de Heilige Schrift, blz.9).

Op deze speciale ochtend kreeg ik onverwacht bericht van een dierbare vriendin die in München woont en een Christian Science practitioner is. Ze wilde enkele geestelijke ideeën die in haar gedachten waren opgekomen met mij delen. Ik las haar tekst verschillende keren en liet de ideeën tot me doordringen. In het bijzonder nam ik de boodschap ter harte om mijn licht te laten schijnen. Ik kende deze woorden van Christus Jezus uit zijn Bergrede, waarin hij zijn luisteraars aanmoedigt: “Laat uw licht alzo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken mogen zien, en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken” (Matthéüs 5:16). Ze moedigde me ook aan om niet te wachten tot de mensen mijn goedheid zagen, maar zelf eerst te beginnen om anderen te zien zoals God hen ziet. Ik nam deze ideeën niet alleen ter harte maar begon ze ook toe te passen in mijn leven.

In de volgende dagen vond ik verschillende manieren om mijn licht te laten schijnen – mijzelf opzij te zetten, om me heen te kijken en mogelijkheden te vinden om anderen werkelijk lief te hebben. Toen ik in praktijk begon te brengen wat ik in Christian Science leerde, verdwenen de gevoelens van eenzaamheid en heimwee zonder meer en keerden niet terug.

Ik dankte God voor mijn vriendin en de inspiratie die zij had ontvangen. Ik voelde de diepgaande genezende invloed van de Christus in mijn leven en ik wist dat die invloed ook in het leven van mijn vriendin was. Deze ervaring hielp mij om duidelijker te zien dat wij ware vreugde, troost en vrede vinden wanneer wij ons denken naar buiten richten, als wij de goddelijke Liefde demonstreren door aandacht te schenken aan anderen, en als wij alles dat God heeft geschapen koesteren en waarderen.

Een paar dagen later had ik een tweede ervaring die ik graag wil vertellen. Ik was van plan mee te rennen in een tienkilometerwedloop op zondag. Deze race was een onderdeel van de München Marathon, en een paar duizend renners zouden eraan deelnemen. Ik keek er echt naar uit, want ik had dit al enige maanden gepland en ervoor getraind. Op zaterdag kreeg ik symptomen van de griep. ’s Avonds voelde ik me helemaal niet lekker. Aanvankelijk was ik bang dat ik niet in staat zou zijn om te rennen. Ik keerde me ogenblikkelijk tot God en bracht een paar uur door in ernstig gebed. Ik hield stevig vast aan het feit dat ik geestelijk ben en niet stoffelijk, zoals in Christian Science wordt geleerd. Ik wist dat bidden tot God voor genezing effectief is en dat de mentale suggestie van de griep absoluut geen effect kon hebben op mij als Gods geestelijke idee. 

Hoe meer ik bad hoe meer de overtuiging groeide dat ik in staat zou zijn aan de wedloop deel te nemen. Terwijl ik aan het bidden was kreeg ik een e-mail van een vriendin die ook op zondag zou rennen. Ze vertelde me dat ze een soort virus had opgelopen en nu niet zeker wist of ze wel in staat was om te rennen. Ik werd me direct bewust dat ik mijn gebed moest uitbreiden tot buiten mijzelf en de suggestie van besmetting moest aanpakken. Ik besefte dat het de angst is om ziek te worden die de besmetting in stand houdt en dat het tegenmiddel voor angst liefde is. Indien onze gedachten gevuld zijn met liefde voor God en liefde voor onze naasten is er geen plaats voor angst om besmetting te kweken. Dat doet me denken aan een gezang waarmee ik werkte: Gezang 145 uit het Gezangboek van Christian Science. Enkele regels hieruit zijn: “Een levenssfeer van liefde en licht / Omringt ons mild en zacht” (adept., © CSBD). Ik besefte dat de levenssfeer van Liefde alles is wat er bestaat, en de sfeer is waarin we werkelijk leven!

Die avond ging ik naar bed met de vaste overtuiging en de absolute zekerheid dat ik kon rennen. Toen ik wakker werd voelde ik me prima. Ik ging naar mijn wedloop, rende sneller dan ik ooit eerder had gedaan in een lange-afstandsrace en was vrij van alle symptomen die de dag daarvoor hadden geprobeerd zich te manifesteren.

Ik ben zo dankbaar voor deze twee ervaringen. Zij blijven me leren dat Christus – “de goddelijke boodschap van God aan de mensen, die tot het menselijk bewustzijn spreekt” (Wetenschap en Gezondheid, blz. 332) een altijd-aanwezige invloed is in ons leven. Als we ons voor genezing in gebed tot God wenden, kunnen we een diepe overtuiging voelen dat de goddelijke Liefde ons zal leiden en beschermen en ons in staat stelt om datgene te volbrengen wat van ons gevraagd wordt.


Moriah Early-Manchester is een studente in Global Perspectives and Educational Studies aan Principia College.

De missie van de Heraut

In 1903 stichtte Mary Baker Eddy De Christian Science Heraut, met het doel: “de universele werkzaamheid en beschikbaarheid van Waarheid te verkondigen” (My 353:14). De definitie van ‘heraut’ in een woordenboek: “voorloper – een boodschapper die vooruit is gestuurd om bekend te maken wat er gaat komen”, geeft een speciale betekenis aan de naam Heraut en wijst ons bovendien op onze plicht – de plicht van ieder van ons – om te zorgen dat onze Herauten hun taak vervullen, een taak die onafscheidelijk is van de Christus en werd aangekondigd door Jezus met de woorden: “Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan alle schepselen” (Markus 16:15).

Mary Sands Lee, Christian Science Sentinel, July 7, 1956

Lees meer over de Heraut en zijn missie.